D'Angelo - De onbevlekte ontvangenis

Vorst Nationaal, 9 maart 2015

Van mannen met hoedjes die met hun heupen wiegen en vingers knippen tot vrouwen die zich van dolmakende opwinding de haren uittrekken. Het was me wat in het halfgevulde Vorst Nationaal. Halfgevuld zegt u? D’Angelo liet het alvast niet aan zijn hart komen en liet de zaal koken tot ze aangebrand was.

D'Angelo - De onbevlekte ontvangenis



Op de vooravond van internationale vrouwendag mogen de mokkels eens goed verwend worden, moeten D’Angelo en zijn Vanguards gedacht hebben bij aanvang van zijn tweeënhalf uur durende show. Een paringsdans voor volhouders dus. Of een betrekking met veel rek op. Een geslachtsdaad kan bij gelegenheid ook een marathon zijn en niet altijd een sprint, beste vrienden. Laat dit alvast een goede les zijn.

Qua voorspel hadden we al beter gehad. Prayer en Ain’t That Easy, de openingsnummers na een uurtje wachten, klonken op zijn jongste plaat ‘Black Messiah’ alvast fatsoenlijker en ordelijker. Live werden ze daarentegen zeer stuntelig gebracht. Maar laten we de voorhuid van de beer niet verkopen alvorens hij geschoten heeft – of zoiets. Angelo en zijn band bleken een diesel te zijn die na enkele nummers definitief onder stoom kwam. En voorspel is uiteindelijk toch wat overschat, niet?

Het is alvast een opluchting om de man, na al de roofbouw op zijn lichaam van de laatste jaren, terug gelukkig en gezond aan het werk te zien. De sixpack, die de eierstokken van vrouwen doet rinkelen, heeft wat van zijn fundamenten verloren, maar er hangen gelukkig nog forse armpilaren aan die met wat zwaaibewegingen alle vrouwen in katzwijm brachten. Ook leuk was het toen D’Angelo als vanouds die hoge tonen wist te bereiken of even die James Brown uit zijn longen wist te schreeuwen. De r&b- en neo-soulwereld wist de afgelopen vijftien jaar niet wat ze miste. Tot gisteren natuurlijk.

Met ouder werk als Feel Like Makin’ Love en Brown Sugar wist hij de fans van het eerste uur te plezieren. Met Really Love wist hij dan weer de aanwezigen met een zuiders hart te bekoren door gitarist Isaiah Sharkey een spaanse gitaar in de handen te duwen. Maar Vorst swingde pas echt de pan uit bij de funkgrooves van Suggah Daddy en Back To The Future. Nummers vol vuur, hoogspanning en nauwe schoentjes, aan het gedans en de bijhorende gelaatsuitdrukkingen te zien.

D’Angelo bewees, naast een goede zanger en hitsige loverman, ook gewoon een goede entertainer en vooral een uitstekende bandleider te zijn. Bassist Pino Palladino, al wat gewend door op tour te gaan met The Who, liet zich gewillig leiden door de frontman. En ook zangeres Kendra Foster knielde gewillig voor de meester door af en toe haar kopstem te laten horen en zich in haar nachtjapon in het zweet te dansen. Leuke intermezzo’s, als je even afgeleid was van een zanger die zijn microfoonstand betaste als was het een breekbaar vrouwenlichaam en vooral oog had voor de vrouwen op de eerste rij.

Maar trop is te veel en te veel is trop. D’Angelo kwam na het laatste nummer niet één keer, maar twee keer terug. En daar zat behoorlijk wat tijd tussen. D’Angelo laat zijn fans graag wat sudderen, zoveel was duidelijk. Het optreden klokte dan wel af op twee uur en een half, door alle tussenschotten hadden we toch ruim twintig minuten onze tijd door gebracht in een stille ruimte. Gelukkig maakte de laatste verlenging veel goed.

Toen Untitled werd ingezet wisten we plots weer wat er ontbrak aan deze setlist. De ruim zeven minuten durende ballad werd live uitgerokken tot een intieme ceremonie waar veel koppels op zaten te wachten. Terwijl D’Angelo “How does it feel?” bleef schreeuwen tot we bijna door de knieën gingen, zagen we het ene koppeltje na het andere zich afzonderen in de donkere gangen van Vorst om daar verder te muilen. Opdracht geslaagd dus. En men zou haast vergeten dat ‘Black Messiah’ vooral over politiek, ruziënde platenbazen, drank en drugs ging. Zijn muziek schreeuwt daarentegen nog steeds seks uit.

Om op zijn laatste vraag te antwoorden: vermoeiend maar bevredigend, beste Angelo. Om over een babyboom te spreken binnen negen maanden zal het halfgevulde Vorst flink zijn best mogen doen. De intenties tussen de slaapkamermuren zullen alvast goed gezeten hebben.

9 maart 2015
Joris Roobroeck