Damien Rice - Pain and torture

Koninklijk Circus, Brussel, 31 oktober 2014

Sommige dingen kan je gewoon niet uitleggen met woorden. Soms schieten woorden echt tekort en moet je gewoon zwijgen. Soms moet je er gewoon bij zijn geweest om het te kunnen begrijpen. Echt te kunnen begrijpen. Zo’n optreden speelde Damien Rice in de Cirque Royal. Maar omdat het nu eenmaal onze taak is om te proberen uitleggen wat het zo goed maakte, gaan we toch maar eens proberen.

Damien Rice - Pain and torture



Damien Rice en de muziekindustrie, het is een haat-liefdeverhouding. In 2002 bracht Damien ‘O’ uit, een ei dat hij moest leggen. Hij liet de plaat eerst opnemen in een studio, vond het resultaat niet goed genoeg en trok toen naar plaatsen die leefden. Echte plaatsen, geen artificieel daarvoor bedachte plaatsen. Daarna volgde ‘9’, meer omdat de platenmaatschappij dat wilde dan omdat Rice het wilde. Naar eigen zeggen is hij er half tevreden mee. Met beide platen ging hij ook op tournee. En dan volgde er heel lang niks. Sporadisch een optreden. Hier en daar eentje, als hij er zin in had. Of een minitournee. Een handvol optredens, als hij er zin in had. En dan in 2012 plots een dozijn shows. In 2013 weer enkele. En dan de aankondiging van een nieuwe plaat. De eerste in acht jaar. En een nieuwe tournee. Een echte.

Maar ook nu nog reist hij op zijn eentje. Omdat dat minder ballast is. Omdat het hem meer vrijheid geeft om te doen wat hij wil doen. En zo komt het dat de podiumbezetting en aankleding minimaal is. Het is Damien Rice en zijn gitaar. Zelfs zijn piano heeft hij thuis gelaten. Langs elk van de zijkanten één spot die hem zacht belicht. Dat is het. Soms treedt hij zelfs letterlijk uit die spots om erachter te gaan staan spelen. En toch weet Damien Rice met die minimale middelen twee uur lang te ontroeren. Niet onzacht te raken. Of zoals hij het zelf zegt: toch vreemd dat een publiek de behoefte lijkt te hebben om de pijn, zijn pijn, op te zoeken.

Het is enigszins vreemd en toch is het ook perfect te begrijpen, want de pijn die Damien Rice serveert op het podium is echt. Hij lijkt ze ook elke keer opnieuw te voelen. Maar, zo grapt hij, op het aankomende album ‘My Favourite Faded Fantasy’ staan ook liedjes die niet over “pain” gaan. Nee, ze gaan over “torture”. Hij lacht de pijn weg met een grapje. Omdat dat zo hoort, pijn weglachen. Omdat het anderen ongemakkelijk maakt.

De vrijheid die hij in zijn setlist kan leggen vertaalt zich in een andere setlist voor elke avond. Vanavond begon hij met een trage versie van Coconut Skins, gevolgd door een luide en intense versie van b-kantje Woman Like A Man. Want Damien Rice kan ook lawaai maken, met dank aan een batterij effectenpedaaltjes die zijn akoestische gitaar kunnen versterken en met dank aan zijn stem die zowel fluisterend als schreeuwend zijn intensiteit weet te behouden. Dat doet hij later ook nog eens in I Remember.

Na een handvol nummers vraagt hij aan het publiek wat zij zijn meest pijnlijke song vinden. “Accidental Babies” schreeuwt iemand. “Pretty painful, indeed” antwoordt Rice, maar hij heeft zijn piano niet bij. Of zou hij het ook op gitaar kunnen brengen? En dan doet hij dat ook gewoon. Het werd het meest intense moment van de avond. Het zijn die momenten die een concert van Rice altijd bijzonder maken. Nog voorbeelden: wanneer hij de verkeerde zin gebruikt als openingszin in My Favourite Faded Fantasy waardoor hij het nummer opnieuw moet starten. Of die tweede en laatste toegift waarvoor hij zegt dat hij nog één nummer mag spelen en er dan maar twee, Amie en Eskimo Friend, door elkaar haspelt omdat hij niet kan kiezen.

Een man en zijn gitaar, kan dat twee uur boeien? Jazeker. Omdat het bij Damien Rice uiteraard in de eerste plaatst om zijn teksten gaat en om hoe hij ze brengt. Wanneer iemand uit het publiek hem “Speak!” toeroept na vijf nummers antwoord Damien al grappend “I’m a singer” en zo is het ook. Het gaat om zijn vertolking, die telkens weer van diep lijkt te komen. En hij schakelt ook zijn publiek in als extra instrument. Bij Volcano verdeelt hij ze vanouds in drie delen om ze dan door elkaar zingend naar een climax te leiden. In het nieuwe Trusty And True laat hij het publiek twee zinnetjes zingen die ze voor die avond nog nooit gehoord hebben (want het nieuwe album is nog niet uit) om er dan doorheen te zingen. Het publiek doet het geweldig. Ze fluisteren hun zinnetjes tot aan het einde wanneer Damien hen laat overschakelen naar “ooooooohoooo”. Minstens even mooi: Cannonball, gebracht zonder enige versterking aan de rand van het podium en met de spots helemaal uit. En dan weet je, dan voel je: zo hoort het.

Nog een pluim voor het publiek dat duidelijk uit grote fans bestond. Dat merk je aan het feit dat The Professor Et La Fille Danse, een b-kantje, op herkenningsapplaus wordt onthaald. Aan het feit dat je elk bekertje kon horen vallen. Aan het feit dat wij onze achterbuurman op de stille momenten de tekst zachtjes konden horen meefluisteren.

Zoals gezegd: sommige dingen kan je niet uitleggen. Bij sommige dingen moet je bij geweest zijn om ze echt te kunnen begrijpen. Om ze te voelen. Maar omdat het nu eenmaal onze taak is om uit te leggen wat het zo goed maakte, hebben we toch maar een poging gedaan. Eén ding weten we zeker: Damien Rice speelt in een hogere klasse dan alle andere hedendaagse singer-songwriters.

Bekijk de foto's Kmeron hierzo.

31 oktober 2014
Geert Verheyen