Damien Rice - Solo mét band
Koninklijk Circus, Brussel, 8 november 2008
Naarmate het optreden vorderde werd evenwel duidelijk dat Damien Rice liefst zelf aan alle touwtjes trekt. Hijzelf speelde ritmisch op akoestische gitaar en werd hierin begeleid door z’n nederige maar puike elektrische gitarist, die op gepaste momenten knappe fills had kunnen laten horen, ware het niet dat Damien hem overstemde door op het einde en soms al in het midden van vrijwel elke song loos te gaan in distortion.

Het moest blijkbaar een one-man-show blijven, kostte wat het kost. Rootless Tree, op plaat één van de ruigste tracks, wordt dan weer erg breekbaar gebracht met Rice op piano en slechts hier en daar een welgemeende “fuck you”. Tijdens The Blower’s Daughter en het gastoptreden van een jarige fan wordt de afwezigheid van Hannigan echt pijnlijk. Met het aansluitende rook- en drinkfestijn tijdens het samenspel met BellX1 haalt de band ook nog eens het chagrijn van het toxicomane publiek op z’n nek.
Opstekers Coconut skins, Ierse hoempapa van de bovenste plank, een geweldig I Remember en vooral een subliem ritmisch gebracht Volcano deed onze kritische balans weer nipt in het voordeel van Rice buigen. Afsluiter Canonball hadden wij al enkele jaren lichtgrijs gedraaid en al half in de vergeetput laten zakken, maar Damien kwam er deze avond knap mee weg. Deze zomer staat hij gepland op de affiche van Rock Werchter, laat ons hopen dat hij tegen dan wat meer altruïstisch voor de dag komt en het publiek ook 9 Crimes en Eskimo gunt.