Christian Kjellvander - Halleluja
Djingel Djangel, 7 maart 2024
Vaak liggen vergelijkingen voor de hand en bijna altijd lopen ze mank. Dat is niet anders bij Christian Kjellvander. Hij is zoveel meer dan de namen, die je in recensies terugvindt. Dat werd vooral duidelijk, toen wij hem aan het werk zagen in wat stilaan een vaste waarde in Antwerpen wordt, als het op concerten aankomt: de Djingel Djangel.
Het lijkt ons onwaarschijnlijk dat ze de naam hebben gehaald bij het gelijknamige album van Tool, maar hier stonden Zenobe Vandaele (gitaar, zang) en Willem Schram (viool, zang) wel helemaal op hun plaats. De muziek van Undertow is ingebed in de folktraditie met de bariton van Vandaele, gericht ondersteund door Schram, de simpele, maar passende arrangementen en de bijhorende liedjes. Eenvoud kan soms zoveel krachtiger zijn dan een uitgebreide band en het werd dan ook geen enkel moment saai. “Relax, have fun tonight”, klonk het in één van de nummers en laat dat nu net zijn waar wij voor gekomen waren.
Christian Kjellvander had geen zin om het klein te houden en had zich deze keer dus omringd met een uitstekende band, waarin vooral het letterlijk vooruitgeschoven drumwerk van Per Nordmark opviel. Maar zelf had Kjellvander zich het meeste plaats toebedeeld. Terecht, want hij was het tenslotte die het juk van de set op de rug droeg.
Indrukwekkende verschijning was de Zweed met de dunne haren, de kalende karakterkop en het pak dat het twee meter (?) lange lichaam omhulde. Hij had iets van een dominee uit één of andere horrorfilm. En dat religieuze werd wonderlijk genoeg onderstreept door de afsluiter van de set. “We are gathered here today / I brought a choir and I ain't afraid to use it”, klonk het in We Are Gathered en de parochie hing aan de lippen van de priester, iets wat in een doorsnee viering nog zelden het geval is.
Maar deze geestelijke bracht een heel andere boodschap. Eentje, waarin vaak eenzaamheid en hopeloosheid uit de muziek naar voren leek te komen, ongeacht wat de teksten zijn, maar tegelijk werkte dat dan zalvend, troostend, zoals het een zielzorger betaamt.
Het geheel werd trouwens af en toe met een gulle lach en de nodige humor doorspekt. Hij liet ons bijvoorbeeld weten dat de naam Antwerpen hem aan een dans (twerken) deed denken of hij voegde aan de gefloten outro van Baleen Whale (met prachtige teksten als “I was a baleen whale swimming from harbor to harbor / Collecting the sorrows of the people who lived near the sea”) een stukje van Bobby McFerrins lichtvoetige hit toe. En meteen kregen we de goede raad (van zijn mama) mee om zelf ook je zorgen weg te fluiten.
Het was uiteraard die prachtige bariton, waarin af en toe een sentimentele knik zat en die soms klonk alsof ze uit een vocoder kwam, die de songs dat prachtige bouquet gaf. Maar ook de bluesy omkadering van een song als Terns Took Turns, waarin het thema uitbrak in een krachtige solo om dan weer terug in te krimpen tot de bolster, droeg bij aan de sacrale sfeer. Het gruizige gitaargeluid was bovendien een weerkerende vaste waarde in de songs, vaak opgebouwd vanuit een ingetogen solo start.
Met een pakkend en zacht (“I was told I can't be too loud”) Two Souls werden wij gelouterd terug de straten van de dansende stad, die Antwerpen is (alleen misschien niet echt op een donderdag), op gestuurd. Lang geleden dat we nog zo van een eredienst genoten hadden. Wij sloegen dan ook de ogen neer, toen we thuis kwamen, en gingen, een laatste gebedje prevelend, met een gerust hart de nacht in.
Christian Kjellvander speelt op 9 maart nog in Muziekclub 4AD.