Chris Isaak - Original American Boy
013, 4 juli 2023
Het voelde een beetje vreemd aan om in het begin van de zomervakantie, na de eerste festivalweekends, weer een concertzaal in te duiken. Toch waren we achteraf maar wat blij dat we een bedompte, volgepakte AB hadden getrotseerd voor de uitverkochte Belgische passage van de Chris Isaak Europe 2023 Tour.
Nieuw werk, dat dringend moest gepromoot worden, was er nochtans niet. ‘First Comes The Night’, Isaaks laatste album met nieuw, origineel werk, dateert immers al van 2015 (de eind vorig jaar uitgebrachte kerstplaat rekenen we even niet mee). Wat wel zal hebben meegespeeld, is dat het intussen bijna zes jaar geleden is dat hij nog eens door Europa tourde, en elf jaar dat hij op een Belgisch podium stond.
Behalve een begenadigd zanger en componist is Isaak ook een volleerd acteur. Toch klonk hij heel oprecht, toen hij na de eerste songs het publiek bedankte voor de aanwezigheid en voor het steunen van live muziek. "Zonder jullie zou ik nu in mijn onnozele kostuums door de stad dwalen en zou iedereen denken dat ik een kunstschaatser was", grapte hij, waarna hij het concert verderzette met een korte wandeling door de zaal en een bezoekje aan het zittende publiek op de eerste verdieping.
De grappige anekdotes tussen de liedjes, de luchtige interactie met de muzikanten van zijn band Silvertone en de "silly" dansjes in de meer uptempo nummers vormden niet alleen de rode draad doorheen het optreden, ze fungeerden ook als tegengewicht voor de vaak weemoedige, nostalgische songs. Het zorgde er ook voor dat de sfeer de hele avond veeleer feestelijk was dan ingetogen.
Het belangrijkste was natuurlijk die muziek en hoe die werd gebracht. Bij de aankondiging van deze tour beloofde Isaak dat hij alle hits zou meebrengen, en wat dat betreft hield hij alvast woord: op Lie To Me na kwamen ze woensdag allemaal aan bod in vlekkeloze uitvoeringen. Meer nog: zonder iets te willen afdingen aan de kwaliteit van Isaaks platen, ze gespeeld zien worden door muzikanten van vlees en bloed maakte dat de liedjes live meer "edge" kregen dan de studioversies.
In opener American Boy was het nog even zoeken naar de juiste geluidsbalans. Zodra die was gevonden, stond er geen maat op Isaak en Silvertone, en zoefden bekende en (iets) minder bekende songs ons om de oren. Opvallend was dat er na het naar Isaaks normen eerder vinnige American Boy – voor de rest wel de ideale beginselverklaring, natuurlijk – meteen werd gekozen voor Somebody's Crying, Waiting en Don't Leave Me On My Own, drie rustige, bij country aanleunende ballads.
Het publiek slikte het allemaal als zoete koek en nadat Isaaks gezondheidswandeling door de zaal erop zat en hij zijn plaats op het podium weer had ingenomen, ging het tempo snel de hoogte in met het swingende I Want Your Love. Algauw mochten de smartphones weer massaal worden bovengehaald voor Wicked Game, de ultieme Isaak-hit, waarna Go Walking Down There, Speak Of The Devil en het van Roy Orbison geleende Oh, Pretty Woman het eerste deel van de set afrondden.
Vervolgens werden de taboeretten bovengehaald voor het zogeheten "semi-akoestische" gedeelte. Daarin werd weliswaar ietwat gas teruggenomen, maar zonder dat daardoor de aandacht in de zaal verslapte. Het leverde niet alleen bloedmooie versies op van Forever Blue, Two Hearts en Dancin’, ook het van alle bombast ontdane Only The Lonely (wederom van The Big O) en vooral een door een volle zaal meegezongen Can't Help Falling In Love van ene Elvis Presley zorgden voor kippenvel.
Op dat ogenblik leek het alsof het hele optreden nog maar goed een halfuur aan de gang was, een snelle blik op de klok leerde echter dat de finale er stilaan zat aan te komen. Maar eerst mocht ouwe getrouwe Rowland ‘Roly’ Salley nog even voor het voetlicht treden met Killing The Blues, misschien beter bekend in de versie van Robert Plant & Allison Kraus of die van wijlen John Prine, maar wel geschreven door Isaaks bassist.
Met de eindmeet in zicht werd er weer een tandje bijgestoken met Blue Hotel, San Francisco Days, Notice The Ring en het bluesy Big Wide Wonderful World. Die lijn werd nog even doorgetrokken in de bisronde, waarvoor Isaak snel een nieuwe vest had aangetrokken. Tijdens Baby Did A Bad Bad Thing, dat een flard James Bond meekreeg als outro, mochten nog enkele dansende jongedames uit de zaal het decor opvullen (of dat was ter illustratie van de songtitel weten we niet, maar het had best gekund). Afsluiten deden Isaak en Silvertone dan weer ingetogen en in schoonheid met Can't Do A Thing (To Stop Me) en de bloedmooie countryballad The Way Things Really Are, waarbij drummer Kenny Dale Johnson mocht opdraven voor de tweede stem.
Hoewel Chris Isaak woensdag vooral ouder werk en een paar schitterende covers bracht, hadden we geen enkel moment het gevoel dat we stonden te kijken naar een nostalgieact of naar een artiest die allang is uitgezongen en het einde van de carrière nog wat wil rekken. De Isaak, die we zagen, was iemand die dit overduidelijk nog heel graag doet en er nog steeds moeiteloos in slaagt om een hele zaal uit zijn hand te laten eten.
Of en wanneer er nieuw werk komt, maakte ons niet dan niet zoveel uit. Veel belangrijker vonden we de vraag: wanneer komt hij nog eens terug?