Chantal Acda - Eerlijk en schoon
N9, Eeklo, 26 januari 2014
Dat Chantal Acda een vrouw is, thuis op vele markten, bewijzen de vele projecten waar ze bij betrokken is. Toch maakte ze recent met ‘Let Your Hand Be My Guide’ pas haar eerste solo-album. Op de negen nummers op het album doet Acda samen met heel wat mooi volk volledig haar eigen ding. Dat album kwam ze met veel plezier voorstellen in Eeklo.
Vooraf mocht Leonore nog aantreden. Deze Brusselse band rond Chloë Nols is normaal een kwintet, maar wegens de examenperiode traden ze voor de gelegenheid op als trio. Nols was halfverkouden en best wel zenuwachtig, wat zich vooral in het begin wat manifesteerde op de stem. Toch slaagde Leonore erin ons te overtuigen van hun talent.
De nummers gaan vaak over zoeken en liefde en de combinatie van de twee, maar worden toch niet te zwaar verpakt. Dit is muziek om met de ogen dicht van te genieten. Topnummer was afsluiter For You waar de groep een heel arsenaal aan dynamiek liet passeren: van stil naar luid en van lieflijk naar bits.
Chantal Acda trekt met haar nieuwe album de hort op met mooi volk. Zoveel is duidelijk. De heren Gaëtan Vandewoude (Isbells) op gitaar, Alan Gevaert (dEUS) op bas en Eric Thielemans (EARR, Tape Cuts Tape) op slagwerk en marimba slagen er in om hun talent en klasse volledig in dienst te stellen van de songs en die samen met Acda naar een hoger niveau dan op plaat te tillen.
Vanaf openingssong Jason voelde je dat het een heel boeiende avond zou worden. Iedere muzikant leek zijn ding te doen, maar als groep slaagden ze er toch in om alles als een mooi geheel te laten klinken.
Ook de samenzang tussen de verschillende bandleden leverde mooie dingen op. Daar waar Acda bij Isbells zingt in dienst van Gaëtan Vandewoude, was het in We Will, We Must net omgekeerd en bewezen beiden opnieuw dat hun stemmen zeer mooi blenden.
In de bloedmooie song Arms Up High was de mannelijke stem die van Eric Thielemans. Met zijn zachte, imperfecte stem en de merkbare chemie tussen hem en Chantal Acda werd het nummer nog fragieler en mooier dan het op plaat al was.
In My Night was het ganse nummer lang een glansrol weggelegd voor de marimba. Daar waar deze warmere en diepere versie van een xylofoon op plaat slechts een bescheiden bijrol heeft in dit nummer, kreeg het hier alle aandacht en trok ze de spanningsboog van het nummer de hoogte in.
Sunflowers, een cover van Low, werd door de band gebracht in een vierstemmige, meeslepende en vooral eigenzinnige versie.
Afsluiter Wintercoat begon zeer sober en mondde uit in een outro om u tegen te zeggen. Alle muzikanten kregen daarbij de kans om hun ding te doen met een verbluffend schoon resultaat. Lang uitgesponnen, maar nooit uitgemolken.
We zijn vroeg op het jaar, maar dit was alvast een concert van de bovenste plank. Voor fans van Duyster, maar vooral voor de fans van mooie, eerlijke muziek tout court.