Camel - Gibson On Ice

Le Kursaal, Limbourg, 20 juli 2015

Na het laatste, prima studioalbum ‘A Nod And A Wink’ en de ‘Farewell Tour’ in 2003 leek het over en out voor Camel. In 2007 werd bandleider Andrew Latimer ernstig ziek maar herstelde na een zware revalidatie. Sindsdien wil de Brit zijn herwonnen vitaliteit vieren met zijn fans en gaat Camel onverdroten op tournee. Het concert in Le Kursaal in het Waalse Limbourg zou een heuglijke avond worden.

Camel - Gibson On Ice



De beide flanken op het podium werden bezet door de keyboards. Camel is het toonbeeld van de welluidende, symfonische rockgroep; de gelaagde toetsenpartijen zijn een handelsmerk van de band. Dus bracht Latimer twee virtuozen mee: Ton Scherpenzeel  (Kayak) speelde als veteraan met de groep doorgaans de leidende partij, en ‘special guest’ Jason Hart is sinds zijn spel bij Renaissance – nog zo’n Brits symfo-instituut – en zijn schitterende soloplaat ‘Speak’ onder de naam I and Thou, een coryfee uit de nieuwe lichting toetsenisten. Hun samenspel was een lust voor de oren.

Maar het handelsmerk van Camel is natuurlijk de onovertroffen gitaar van Latimer. Dat geluid werd allesbepalend toen de schatkamer uit de seventies weer openging. Never Let Go is zoals steeds een puike opener; het kietelt de nieuwsgierigheid van de toeschouwer – elke uitvoering van de song is weer een beetje anders – en het is een opwarmer voor de groep. Eén van hun meesterwerken uit die periode, ‘Moonmadness’ (1976), werd flink in de verf gezet met vijf songs, waaronder de poëtische flard Spirit of the Water met twee blokfluiten en de zinderende spacejazzrock van Lunar Sea. Kippenvel.  

De band leek zich min of meer chronologisch doorheen het oeuvre te werken, al was er geen tijd voor elk album. Het conceptalbum ‘Nude’ (1981) werd even in herinnering gebracht met Drafted. Wanneer bassist Colin Bass de intro met de beroemdste Camel lyrics inzette, kregen we het warm vanbinnen: “In reply to your request / please find,  I hereby protest / to the ways and means you use / You know, I cannot refuse.” Toegegeven, Bass klinkt niet meer zo toonvast als twintig jaar geleden, maar hij blijft een onderschat zanger. In de harmony vocals nam hij verdienstelijk het hogere register, en Latimer bleef netjes een toon lager.

Het concert ontwikkelde zich steevast van het ene naar het andere hoogtepunt, en de temperatuur binnen steeg omgekeerd evenredig met het dalende kwik van de avondlucht. Tijd voor Ice dus, waarin Latimer de sterren van de hemel speelde. Huiveringwekkend mooi, ‘Gibson on Ice’. Na de gigantische, koele monoliet van Ice bracht de band een broeierige selectie uit ‘Dust and Dreams’ (1991). Monden vielen opnieuw open van verbazing bij zoveel schijnbaar moeiteloos spelplezier, waarbij ook de rol van enthousiaste drummer Denis Clement niet onderbelicht mag blijven. Clement hield de hele boel strak bij elkaar en voegde dynamische accenten toe.

Iedereen besefte dat we deze avond getuige waren van een speciaal gebeuren, en dan hadden we de encores nog niet gehoord. Geen Camel-concert zonder de afsluitende, heerlijke signatuursong Lady Fantasy. Grote verrassing was nog het lange tijd niet gespeelde Long Goodbyes, waarin hulde werd gebracht aan twee onlangs overleden Camel-veteranen, zanger Chris Rainbow en toetsenist Guy Leblanc. Latimers gitaar jankte zo mooi een eind weg dat we stil meehuilden – een emotionele apotheose die ons maar zelden te beurt valt in de concertzaal. Camel in Le Kursaal is nu al het progrockconcert van het jaar.    

20 juli 2015
Christoph Lintermans