Camel - Tussen woestijn en oase
Kunstencentrum Vooruit, Gent, 8 maart 2014
Sommige progbands van de eerste generatie bereikten monstersucces: Genesis en Pink Floyd, Yes en Rush, … Andere schitterden een trapje lager. Zo’n band is Camel. Laat je niet misleiden door de scores van Allmusic. Alles wat de groep uit zijn bulten perste tussen 1973 (debuut ‘Camel’) en 1981 (‘Nude’) veranderde in goud. Een doorbraak kwam er in 1975 met de conceptplaat ‘The Snow Goose’. En die voerde Camel integraal uit in de Vooruit.
Gitarist Andrew Latimer heeft de teugels van Camel al meer dan veertig jaar in handen. Twee keer moest hij ze laten vieren: in de tweede helft van de jaren tachtig stond de band op non-actief door een rechtszaak. Maar erger is dat Latimer al jaren kampt met een beenmergaandoening. Na een succesvolle transplantatie in 2007 hijste hij zichzelf stilaan weer in het zadel. En kijk, Camel sjokt weer door Europa en ‘The Snow Goose’ vliegt mee.
Camel bracht in Gent een gepassioneerde lezing. Latimer verzorgde de delicate melodieën met een verbluffende gitaartechniek en veel vibrato. Vol gevoel ook. Dat hoorde je, maar je zag het ook aan zijn grimassen.
Wat ‘The Snow Goose’ op lp zo intrigerend maakt is de organische mix van traditionele instrumenten, primitieve elektronica en een symfonisch orkest. De Vooruit kreeg geen orkest. Camel vulde de leegtes met synthpartijen en dat maakte de sound wat te gelikt. Gelukkig kunnen de melodieën van ‘The Snow Goose’ tegen een stootje.
De band trapte het tweede luik van het concert af met een akoestisch Never Let Go. Lauw gearrangeerd en uitzonderlijk zwak gezongen door Latimer en bassist Colin Bass. Nee, het nummer was in niets te vergelijken met de stomende versie op ‘A Live Record’ uit 1978. Song Within A Song van ‘Moodmadness’ bracht Camel weer in het juiste ritme. Met een glansrol voor Ton Scherpenzeel - de Nederlandse Rick Wakeman, zeg maar.
Daarna zakte Camel nog enkele keren tot aan zijn kin in drijfzand: met de veel te zweverige songs The Hour Candle en For Today, en het oer-Britse, maar wat belegen Fox Hill. Gelukkig hielpen de twaalf minuten van Lady Fantasy - een sleutelsong uit 1974 - onze aandacht opnieuw overeind. De woestijn werd een oase.
“It’s great to be here”, vertelde Latimer met uitgestrekte armen. “At my age, it’s great to be anywhere!”, voegde hij er breed glimlachend aan toe. Er was een tijd dat hij (niemand wellicht) had verwacht dat Camel nog zou toeren of opnemen. Latimer stond te glunderen en te genieten. Akkoord, er ontbrak te veel om te spreken van een muzikale hoogmis. Maar een ode aan de wilskracht - met prachtige momenten - was het wel.