Cactusfestival 2012 - Dag 2: Traditioneel vs. origineel en hybride

Minnewaterpark, Brugge, 11 juli 2012

Een onvermijdelijke file en daarbovenop ook nog wat parkingproblemen in Brugge zorgden ervoor dat wij te laat kwamen voor Kurt Vile and The Violaters, de opener van de tweede dag.  Betrouwbare mensen op het terrein – zijn er andere op zo’n leuk en vriendelijk festival? – beweerden met de hand op het hart en de geliefde pint aan de lippen dat Vile met zijn folkrockachtige muziek de perfecte locomotief was geweest om de tweede dag van het Cactusfestival op gang te trekken.

Cactusfestival 2012 - Dag 2: Traditioneel vs. origineel en hybride



We waren wel klaar, samen met het parkpubliek waar opvallend veel kinderen ijverig naar lege flessen en bekers zochten, om te genieten van CW Stoneking. We vonden zelfs moeiteloos een plek vlakbij het podium! Deze Australiër lijkt vanuit bepaalde hoeken op het festivaltrerrein – en we hadden plaats genoeg om ze te vinden – op een jonge Joe Jackson maar daar hield de vergelijking op en we willen graag in het midden laten voor wie van beiden dat het beste is. CW, begeleid door drum, bass en een stel schetterende en scheurende blazers, bracht in essentie dansmuziek uit het diepe zuiden van de USA. Niet dat het park kronkelend en springend het Minnewater deed deinen, maar Stonekings tempo’s zorgden toch voor wiegende heupen onder een deugddoend en kortstondig zonnetje (zoals later zou blijken). Af en toe klonk er een country-twing die deed denken aan Hank Williams maar de basis bleef blues.

Low, uit het verre en kille en misschien ook wel stille Minnesota, is au fond een familieaffaire: mijnheer en mevrouw Sparhawk aangevuld met een bassplayer. Mijnheer speelt gitaar, mevrouw beroert de drums en af en toe slaat ze er zelfs op. Hun muziek is traag en bedwelmend en dat houden ze ruim een uur vol. Melancholie, dat is hun ding, het ene akkoord amper harder dan het andere, karig van tekst – soms gewoon een zin die mijnheer eindeloos herhaalt en mevrouw volgzaam als ze is, ook – en die herhalingen verlenen het optreden een bijna tranceachtig effect. Eerder sfeer dan ritme maar wel mooi, heel mooi zelfs en doorleefd gezongen. En om de melancholie nog een handje te helpen kwamen de eerste regendruppels naar beneden gevallen – The sky is fallin’ down’ dankte Sparhawk haast met een overdrijving die ons al lang niet meer verbaasde. Niettemin was Low een aangename verrassing.

Tegen het optreden van Zita Swoon Group was alles opgeklaard. De hemel straalde en de muziek werd een pak vrolijker. Stef Kamil Carlens, veruit de meest avontuurlijke muzikant uit A was naar B gekomen om zijn jongste project met muzikanten uit Burkina Faso (West-Afrika) voor te stellen. En het mag gezegd, ZSG overtuigde van bij het eerste nummer. Don’t ak us names nor tiles maar het ging basically over hoop, overleven, vertrekken en aankomen en veel onbegrip. Dat werd allemaal ingepakt en aangeboden in een vlotte show met een geïnspireerde SKC die zijn eigen ritmes met verve integreerde in de West-Afrikaanse patronen. En het publiek? Het publiek was mee en liet dat ook horen. Onze opinie bleef staan: ZSG is een boeiend collectief met een sterke live performance in het lijf.

En dan, waarde lezer, al dan niet aanwezig in Brugge, scheurde de hemel open. Eerst lichtjes maar nadien steeds breder. Water stroomde naar beneden, druppels in het begin, bakken even later. Gevolg: het publiek, ook ondergetekende, was meer bezig met vochtbestrijding dan met de muzikale activiteiten op het podium. En, mogen wij eens stout zijn? Het optreden van Grant Lee Buffalo, was zo voorspeldbaar als de regen in België. Toegegeven, deze jongens kunnen een deun componeren, maar helaas geen waar men na tien jaren de opgewarmde versie nog kan van smaken. 

Terwijl de hemelsluizen ongehinderd hun schijnbaar bodemloze cisternen regenwater bleven legen, besteeg Black Box Revelation, geaureoleerd door hun recent Amerikaans TV-succes in de David Letterman show, het podium. De heer Paternoster had zich voor de gelegenheid in een geïmproviseerd regenjasje gehuld om zijn stevige rock met heel veel overgave en – het dient gezegd – met evenveel succes over een doornatte menigte te gieten. Qua programmatie vonden wij het een randgeval, maar laten we de nieuwe topgroep uit den lande toch maar zoveel mogelijk op Belgische podia optreden vooraleer zij de wereld zal veroveren.

Veruit de meeste Cactusgangers waren natuurlijk gekomen voor John Hiatt & zijn combo. Zij werden niet ontgoocheld. Hiatt heeft genoeg bekend materiaal om twee sets te vullen en deed bovendien een risicoloze maar hoogst te smaken greep uit zijn oeuvre. Voor de promotie bracht hij twee nummers uit zijn jongste cd ‘Dirty Jeans & Mudslide hymns’ – what’s in a name, dachten wij even met onze laarzen wegzinkend in de plaatselijke klei! – en voor de petite histoire deed hij lovend over Brugge en de Belgische keuken en voor de rest was het snoepen van ’s mans oudere maar eigenlijk wel onverwoestbare werk. Zijn combo klonk stevig, zijn rock was traditioneel, zijn ervaring groot genoeg om een foutloos concert af te werken. Tevredenheid alom.

Hiatt had het gezegd: We bring sunshine wherever we go! Dat was waar voor zijn optreden maar nog maar pas had Yeasayer, de afsluiter van dag twee, hun eerste nummer ingezet of hat was weer van dattum: nattigheid overal! Paraplu's gingen voor de zoveelste keer open, petjes gingen op, regenjasjes gingen aan en het publiek ging ook aan. Oh ja, Yeasayer dus? Wat hier van te zeggen: knappe lichtshow, stevige muzikanten, verheven boven elke genre, een mengeling van van alles en nog wat en daardoor soms een beetje te onbestemd om bij de keel te grijpen. Op hun originele en hybride klanken dropen wij letterlijk en stilaan af richting auto, op het ritme van de ruitenwissers de natte nacht in voor een verre rit!

11 juli 2012
Frank Tubex