Brakrock - Dag 1 - enthousiasme te over
Brakrock festivalterrein, 1 augustus 2025 - 2 augustus 2025
Waar zullen we beginnen? Misschien bij het begin?
Toen de politie- en veiligheidsdiensten wel heel hard hun best deden om rustig het terrein goed te keuren terwijl zo’n duizend bezoekers buiten stonden aan te schuiven. En terwijl een bandje, genaamd MDC of Millions Of Dead Cops al had moeten beginnen, wat ze dan ook deden… voor een leeg festivalterrein (op enkele blauwe en oranje fluo jassen na dan). Een veertig jaar oude classic als More Dead Cops heeft lange tijd niet zo accuraat geklonken. Net als de vele “F#* Trump” kreten of "No Trump, No KKK, No Fascist USA". Exact.
Gekker had het niet moeten zijn dan skapunklegende Mark Foggo en zijn “Skasters” te laten openen (en de deur open te zetten voor de Real McKenzies later die dag). Over weirde party madness gesproken zo vroeg op de dag! Met gekke bekken waar Urbanus van zou kunnen leren: “Every day I’m a little better”. En vooral ook een superstrakke blazerssectie met trombone en sax. Tot zover voor Ramona From Barcelona.
De kloof met Pro Pain, die nadien de “Lake Stage” beklommen, kon haast niet groter zijn. En toch konden we ons niet van het gevoel ontdoen dat de loodzware, laaggestemde gitaren, vele screamo’s en jump-riffs van de NYHC-helden het publiek niet helemaal los kregen. Gary Meskil rapte en brulde wel, maar durfde ook niet echt te bijten, ondanks zwaar hakkende klassiekers als Stand Tall of Deathwish. Een maatje te zwaar?
Het kon die andere legende D.O.A. niet deren. Laat Canada nu net stevig in de clinch liggen met een Amerikaanse president, die denkt dat de wereld om zijn duimpje draait! “Got to know who your enemy is!”, aldus Joey Keighley, spelend met de gitaar achter het hoofd. Een show vol pure oldskool punk van toen hardcore nog in de kinderschoenen stond en een erfenis was van rock-’n-roll. Met ode aan Chuck Berry. Overbejaard? Nee, puur! Of “You can’t kill us / we’re already dead.” Met trouwens een erg leuke cover van Edwin Starrs War. (“War / uh uh / what is it good for? / Absolutely nothing!”).
Om dan te gaan feesten bij Real McKenzies natuurlijk. Want je kon niet anders bij Keltische doedelzak- en pubpunksongs. van deze heren. Hoewel je in de kroeg liever niet op woeste frontman Paul McKenzies voeten zou trappen. De eerste echt grote publieksmenner bleek een feit met speedpunkballades vol Schotse en Ierse tradities en verhalen (The Skeleton And The Tailor, The Ballad Of Greyfriars Bobby, The Night The Lights Went Out in Scotland, …). Killers in kilt. Stevig feestje.
En dan was het tijd voor zowat hét hoogtepunt van de dag, “Belgian Waffle Motherf*ckers”, met spierbundel Harley Flanagan en zijn oer-hardcore Cro Mags. Wat een energie! Wat een power! Alsof Flanagan iedereen individueel zijn “struggle in the streets” (Street Justice / These Streets) aanpraatte. En in zijn eentje alle politiekers aanvocht die zich niet inzetten voor World Peace, in een perfecte crossover van hardcore, punk en metalriffs. “I’m almost sixty and I feel almost thirty”. Anthem Hard Times meebrullend in een perfect stukje samenhorigheid. De passie en overgave van een frontman op de grotere podia werd enkel maar geëvenaard door Authority Zero met hun sterk meebrulbare punkrockcore. Goed voor een pittige wall of death trouwens.
Zonder verder in details te gaan. Wat miste u nog? De unieke (ahum) reünie van de lokale Lintfabriek-pretpunklegende Gino’s Eyeball vol humor, waanzinnig snelle en korte songs en twee handen vol met de gekste covers. Of de Australische Dune Rats die garagerock en punk injecteerden met een stevige dosis psychedelica of lang herhalende, hakkende riffs en afwisselende zangpartijen. En die trouwens met trots hun “allerlaatste optreden van de Amerikaanse tournee” aankondigden (“Or are we in Glastonbury today?”). En niet te vergeten: naar goede traditie een extra podium naast de Belgian Beer Bar onder de vleugels van een kledingsponsor waar ondermeer de twee heren van Misconduct of Jose Prieto van Makewar met enkel warme stem en akoestische gitaar bewezen dat punkrocksongs ook zonder veel franjes als een paal overeind blijven staan.