Boombalfestival 2013 - De wondere wereld van Boombal
Festivalterrein, Lovendegem, 27 augustus 2013
In Lovendegem stond dit weekend voor de achtste maal reeds het Boombalfestival op de festivalkalender. Deze organisatie, ontstaan in de schoot van de Boombaltraditie, doet zijn publiek telkens een boeiend folk-aanbod met swingende balgroepen uit heel Europa en optredens van singer-songwriters, kleinkunstzangers en groepen met folkinvloeden. Opvallend was dat de danstenten het hele weekend bomvol stonden in tegenstelling tot de vaak bedroevend lege concerttent. Wij hebben echter het hele weekend volhard in de boosheid en pikten de meeste concerten mee.
Vrijdag 23/08
Hugo’s Cousin mocht op vrijdag de concerttent openen. Deze driekoppige band met Dorien Staljanssens als spilfiguur brengt meerstemmige popmuziek. De groep zette goed aan en liet enkele leuke dingen horen, maar kon de aandacht niet het volledige optreden lang vasthouden. Pas bij de Lisa Hannigan-cover What’ll I Do kwam er wat leven in de brouwerij. De a capella hoefde van ons ook niet echt, al was het wel aandoenlijk om te zien hoe de drummer serieus uit zijn comfortzone getrokken werd.
Tim De Keyser kon met zijn groep Kameraad ook niet echt overtuigen. Het feit dat De Keyser ziek op het podium stond zal ook wel niet geholpen hebben. De nummers van Kameraad zijn vaak goedkope rijmelarij. Muzikaal klopte het plaatje wat ons betreft wel helemaal met een sterke begeleidingsband. In afsluiter In De Winter hoorden we toch wel een vleug spanning en samenspel dat ons enorm aansprak en boeide.
Heel andere koek was Zere Vingers. Met niet meer dan een gitaar en een contrabas slaagden Iris Aubroeck en Iris Perkisas er zonder al te veel moeite in om ons gedurende een volledig optreden bij de les te houden. Ze deden dit met kleine en aandoenlijke liedjes die de ene keer op de lach en de andere keer op de traan mikten. Als schoonste van hun schone liedjes pikten wij er vrij snel Mama uit. Zere Vingers! Onthoud de naam…
De groep die verantwoordelijk was voor de plaat van 2012 en de groep waar wij vooral voor kwamen was Het Zesde Metaal. Het was het laatste optreden met full band voor frontman Wannes Capelle solo op tournee door "de Vlaanders" trekt.
Openen deed de band met het meeslepende Last Van U, met als verrassing talent Janne Vanneste in de rol van backingvocaliste. Meteen daarna speelde de groep al zijn grootste hit Ploegsteert zij het ietwat geplaagd door de monitors. Maar bij een tweede poging was het er boenk op.
Ook met hun enige dansnummer (dixit Capelle) Keuning Van De Jacht en hun stevige rocker Ik Haat U Nie (met de prachtige zin: "Ge zijt de slechtste van min allerbeste maten / Wuk doe j’ gie nog in minnen ‘beste maat’-top drie?") wisten ze ruimschoots te overtuigen. Met Peis Je Nog Aan Mie sloten ze met de nodige grandeur af.
De groep koos als bis met Benauwd een van onze favoriete nummers, maar vooral het nummer met de mooiste outro. Met Janne Vanneste die nog even voluit mocht gaan werd het niveau met deze outro zelfs nog opgekrikt. Eindigen met een hoogtepunt heet zoiets.
Afsluiter van de vrijdag was niemand minder dan Guido Belcanto. Al van bij het opkomen werd duidelijk dat hij er zin in had en met Op De Pechstrook Van Het Leven bracht hij meteen ambiance in de tent. Belcanto kon rekenen op een schitterende begeleidingsgroep en hij gaf zijn muzikanten ook regelmatig de kans om zich in de kijker te spelen.
In Mijn Verjaardag konden we genieten van een schitterende gitaarsolo, in La Passionara mocht de viool eens volledig loos gaan en in Plastic Jesus mochten de bassist en drummer ook elk een solo voor hun rekening nemen. Met Irene Konings had Belcanto ook een sterke zangeres gevonden en de twee duetten Toverdrank en Ik Ben Niet De Man Die Je Zoekt stonden als een huis.
Uiteraard kon Op Het Zeildoek Van De Botsauto’s niet ontbreken. Live won het nummer nog aan kracht en potigheid.
Zaterdag 24/08
Het was aan Mocking Jay om als eerste te spelen. Deze groep rond Tom Verstappen met local Dries Lybaert op gitaar wist onmiddellijk te boeien. Ze slaagden er probleemloos in om de passanten in de tent te lokken met hun mooie en goed opgebouwde songs die gaan van akoestisch tot kaal elektronisch. De Stem van Verstappen doet ons vaak denken aan Tom Smith van Editors en de muziek heeft invloeden van Fleet Foxes. Het nummer Jesus Inc. hadden ze geleend van Wilco, maar ze maakten er zeker geen platte cover van en deden er hun ding mee. Het nummer God Only Knows blijft een wondermooi nummer met magische samenzang.
Bonfire Lakes is de band van Marino Roosen. De groep is bezig aan een debuutalbum en kwam daar wat nummers uit brengen. De groep begon rustig met Secrets met enkel Ukelele en meerstemmige zang, maar stak vanaf dan wel een tandje bij. De muziek is er voor tijdens het vallen van de bladeren en in de traditie van Marble Sounds en Isbells, niet toevallig bevriende bands. Met hun Ghost 1 en Ghost 2 hebben ze twee ijzersterke songs in huis. Net als Mocking Jay slaagde ze erin om passanten de tent in te lokken. Onthoud de namen van de twee bovenstaande bands, want je gaat er nog van horen!
De hype van dit moment is ongetwijfeld Jonas Winterland. Hij liet zijn luisterliedjes los op het publiek en kreeg het publiek daar muisstil mee. Winterland lijkt zelf nog het meest verrast door zijn plotse succes, zoals hij meermaals liet merken in zijn bindteksten. Bekendere nummers als Naar Het Licht, Altijd Halverwege, maar vooral de dEUS-cover Maak Me Wakker Voor Ik Slaap gingen er bij het publiek vlot in. Toch was zijn muziek zo stil en rustig voor op een festival dat je in de tent zelfs last had van babbelende mensen aan de toog of muziek van de danstenten.
An Pierlé speelt tegenwoordig terug solo zoals ze ooit begonnen is. Ze heeft nog steeds die stralende, maar vertederende uitstraling en weet met de nodige humor en interactie het publiek bij de les te houden. Ze wisselde nummers van haar laatste plaat Strange Days af met werk uit haar beginperiode en nummers uit haar platen met White Velvet. Van al die nummers bleven vooral topcover Such A Shame en een akelig kale versie van How Does It Feel bij ons hangen.
De mooie Heather Nova kwam speciaal naar Lovendegem voor een eenmalig concert dit jaar. In tegenstelling tot de communicatie vooraf had ze nog een cellist mee om haar te ondersteunen. Zo creëerde men toch een iets voller geluid in functie van haar stem. Met Heart And Shoulder passeerde al vrij snel een van haar grote hits. Toch konden wij ons niet ontdoen van het gevoel dat Heather Nova’s muziek slechts echt tot zijn uiting komt met een goede band eronder. Zo niet wordt het vlug allemaal een beetje saai. Dat werd het bijgevolg ook vrij snel in Lovendegem. Dit was zeker geen slecht optreden, maar aan het geroezemoes in de zaal te horen hadden veel mensen er toch wat meer van verwacht.
The Jacquelines mochten op zondag proberen om de dansbenen van de mensen los te maken, al is dat op Boombalfestival geen moeilijke opgave. Ze toverden de concerttent op klaarlichte dag om tot een rokerige jazzclub uit de jaren vijftig waar er van begin tot einde ambiance was en waar het al behoorlijk druk was voor een eerste optreden van de dag. Bijna alle nummers uit hun debuutalbum ‘Gee Oh Gee’ passeerden de revue en in Hypochondria kregen de drie muzikanten elk hun solomoment.
Wereldorkest Olla Vogala stond met elf muzikanten op het podium, met Wouter Vandenabeele als aangever en orkestleider. De muziek ging van heel klassiek naar eerder poppy en deed daarom bij momenten erg aan Dead Can Dance denken. We vonden Olla Vogala alvast een erg bijzondere ervaring met stuk voor stuk topmuzikanten die elk hun moment kregen om te schitteren. We betrapten onszelf er trouwens op dat we het volledige optreden of aan het mee wiegen of aan het meetikken waren met onze voeten. De groep beschikte bovendien met Elly Aerden, Ludo Vandeau en Soetkin Baptist over drie degelijk zangers. Vooral Soetkin Baptist was een echte openbaring. Wat zij kan en doet met haar stem is ongelofelijk straf. Afsluiten deed de groep met het erg poppy en pompende Tu Peux Voler waarbij het orkest en de zangers nog eens alles uit de kast konden halen.
Het gewone concertprogramma werd in de concerttent afgesloten door Axl Peleman. Het optreden was voornamelijk opgetrokken uit nummers uit zijn Volksliekes-cd’s. Hij duidde die nummers graag, maar ging daarbij steeds in interactie met het publiek. Het vrij platte Antwerps van Peleman zorgde daarbij nogal vaak voor de nodige spraakverwarring en hilariteit. Het tweede deel van het optreden speelde hij met Dagget Wet en Kzen Van A enkele van zijn bekendere nummers. Tegen die tijd was hij er al in geslaagd om de dranghekkens voor het podium te laten weghalen en de mensen aan het volksdansen te krijgen. Eindigen deed hij met enkele covers. Zo passeerden Blauw van The Scene, Ik Hou Van U van Noordkaap en Ik Wil Deze nacht In De Straten Verdwalen van Wannes Van De Velde.
Je kunt natuurlijk geen recensie schrijven van het Boombalfestival zonder ook even buiten de concerttent te komen. Zowel op vrijdag als op zaterdag speelde er naast de concerttent tussen de optredens telkens een feestfanfare. Zowel Les Taupes Qui Boivent Du Lait op zaterdag als Les Busiciens op zondag wisten het publiek telkens makkelijk te vermaken. Daarnaast stonden beide danstempels gedurende het volledige festival bomvol en keken we geamuseerd onze ogen uit bij het massale volksdansen tijdens de optredens daar. Met dank aan enkele anciens om ons in te wijden in de wondere wereld van Boombal.