Bob Mould - Vandalenstreken

Het Depot, Leuven, 13 november 2014

Bob Mould is duidelijk nog uitstekend in vorm en – zo liet hij ergens op een forum weten – heeft dat te danken aan dagelijkse workouts inclusief (als hij thuis is in San Francisco) dagelijks zeventien trappenreeksen oplopen. In Het Depot bleek dat die conditie ook nodig is.

Bob Mould - Vandalenstreken



Rare jongens, die Young Knives. Aanvankelijk leek het op de new wave van een vroege Cure om dan plots te transformeren naar Devo of zelfs eendagshitwonder Sigue Sigue Sputnik en een song verder geschifte, sputtrende freejazz onder de indierock te mengen. Ze weten niet wat ze willen, zou een conclusie kunnen zijn, maar misschien weten ze dat verdomd goed. En dan zijn wij vanaf nu fan van Young Knives. Of juist niet. Daar zijn we nog niet helemaal uit. En hoe zat dat nu precies met die vleermuisvleugels?

Dat Bob Mould er geen zondagmiddagwandelingetje van zou maken stond zo goed als vast vanaf het moment dat hij en zijn vaste kompanen, Jon Wurster op drums en Jason Narducy op bas en achtergrondzang, Flip The Wig de zaal injoegen. In plaats daarvan trok hij met de baseballknuppel een spoor van vernieling doorheen de Leuvense stadstuinen en sloeg hij auto's tot schroot. Bob Mould mag dan al naar de zestig gaan, hij heeft nog (of terug) honger voor tien.

En niet alleen hij, want ook de fans, van wie sommigen Mould duidelijk al volgden van toen zijn wilde haren nog onder de Hüsker Dü-vlag wapperden. Menige al wat oudere liefhebber zat na het concert, dat met enkele songs van die cultband afgesloten werd, mijmerend voor zich uit te staren, terugdromend naar de tijd dat ze als tiener ook op Something I Learned Today en In A Free Land uit de bol gingen. "Da's geleden van toen ik veertien was, ...", was een citaat dat dit alles perfect omschreef.

Uiteraard was het de nieuwe plaat, 'Beauty & Ruin', die de aanleiding vormde voor dit feestje van nostalgie en uiteraard werd daar dan ook rijkelijk uit geput. Want naast de fan van Hüsker Dü wordt ook die van Sugar en die van Moulds solowerk op die plaat verwend. Alleen werden in Het Depot alle songs, met uitzondering misschien van Hardly Getting Over It, op punksnelheid gespeeld en werd dat er enkel maar erger op naarmate de set vorderde. Nu valt dat bij Little Glass Pills amper op, maar ook voor Hoover Dam en verderop If I Can't Change Your Mind werd in hoogste versnelling geschakeld.

En Mould genoot, kreeg van zijn partner in crime Narducy de kans om af en toe over het podium te ijsberen en werkte zich verder in het zweet. En de solo’s vlogen om de oren terwijl hij als een peuter heen en weer stond te wiegen.

Bob Mould heeft het nog steeds, verkeert in topvorm en heeft duidelijk nog meer dan voldoende inspiratie. Niks geen singer-songwritergedoe, gewoon doen waar hij het best in is: vandalenstreken op muziek zetten. Net zoals wij het graag hebben.

13 november 2014
Patrick Van Gestel