Bazaar 2014 - Eenvoud en kwalitatieve nekwervels

Arenberg, Antwerpen, 5 april 2014

Bazaar is het sympathiekste minifestival van Antwerpen, maar geen kat leek geïnteresseerd. Tenminste niet op dag twee want aanvankelijk speelden de bands voor een handjevol toeschouwers. Dat aantal nam dan wel toe naargelang de avond vorderde, maar toch... Jammer voor de afwezigen, want er viel genoeg te zien en horen in de Arenberg.

Bazaar 2014 - Eenvoud en kwalitatieve nekwervels



Zich laten horen deed Dark Horses bijvoorbeeld. De hoeven stevig verankerd in de new wave uit de Cure- en Siouxsiestal, legden zij een fond die alvast kon tellen. Donkere songs vol beeldspraak, die kundig werd rondgestrooid door Zweedse, rosse merrie Lisa Elle,de ene hand bezwerend rondzwaaiend en met de andere de tamboerijn hanterend. Als de synth geen bizarre geluidjes rondstrooide, werd met een extra gitaar voor de nodige kracht gezorgd. Zoals in Will I See This Through, dat hierdoor weerbarstig om zich heen sloeg.

Het geheel was best de moeite, maar echt overslaan deed de vonk niet. Misschien is er nog wat (meer) podiumervaring en een tikje meer originaliteit nodig om echt de bliksem te doen inslaan. Desondanks leek de band niet uit zijn lood te slaan, zelfs niet door een kapotte snare. De draad werd gewoon terug opgepikt met een nieuwe drum en de vibe bleef toch min of meer aanwezig.

Ze timmert al een hele tijd aan de weg, heeft al een tiental platen uitgebracht ook, maar het grote publiek laat Eleni Mandell koppig links liggen. Dat heeft misschien te maken met de eigen koers die ze halsstarrig blijft varen. Of met het feit dat ze niet naar de pijpen van een label wil dansen. Ons maakt het sowieso niet veel uit. Zo lang ze maar eigenzinnige albums blijft maken, die nu eens rocken, dan weer croonen.

In de Arenberg stond ze moederziel alleen op het podium met enkel een Spaanse gitaar. En ook dat ging haar best af, ook al had ze vooraf aangegeven moe te zijn. Rockers als Artificial Fire kregen een iets steviger pakje dan het mateloos mooie Moonglow Lamp Low. Steeds weer wist ze op een andere manier haar nummers te brengen. Of hoe muziek zo eenvoudig kan zijn.

Nieuwe nummers leken ingebed in de meer traditionele, Amerikaanse roots, maar dat kan een indruk geweest zijn, want deze versies kregen zo allemaal iets unieks dat evengoed best ver van de basis kon verwijderd liggen. Precies dat was wat de show zo boeiend maakte.

Mandell kronkelde intussen, net als Martha Wainwright dat kan, heen en weer op haar vierkante meter. Het maakte het optreden helemaal af. Hopelijk moeten we nu weer geen vijf jaar wachten op haar volgende doortocht.

Voor een feestje moet je bij De Staat zijn. En ze waren vastbesloten om er ook in Antwerpen een feestje van te maken. Zonder het publiek ook maar een paar seconden rust te gunnen, werd de set als één massief blok afgevuurd.

Dat begon al met Ah I See, waarin de hoofdrol voor de autotoeter was weggelegd. Torre Florim nam meteen de zaal mee op een wilde rit door de stad, daarbij enkele eenrichtingsstraten in de verkeerde richting door vliegend om meteen ook enkele agenten over de tenen te rijden. Maar het was daarmee ook duidelijk dat De Staat geen gevangenen zou nemen. Het was alles of niets voor deze Nederlanders.

En het publiek leek dat ook te begrijpen. Waar aanvankelijk met open mond werd toegekeken, leek er aan het einde van de (veel te korte) show niemand meer stil te staan. Ook al bleef het vaak beperkt tot heen en weer wiegen, bewogen werd er.

Zoals steeds waren het naast Florim ook nog bassist Jop Van Summeren en manusje-van-alles Rocco Hueting die deze trein mee op de sporen hielden. Leadgitarist Vedran Mircetic hield zich iets meer op de achtergrond, maar leverde wel bijdragen die vaak van levensbelang waren voor de songs, zoals de pakkende riff in Devil’s Blood.

Bij Old MacDonald Don’t Have No Farm No More werd het Florim te veel, dook hij het publiek in om zijn band van die kant te bekijken of poseerde hij maar al te graag voor de aanwezige fotografen. Torre Florim weet hoe hij een publiek moet bespelen en toonde dat op impressionnante wijze in de Arenberg.

Uiteindelijk werd de set afgesloten met het hallucinante Witch Doctor, dat een versie kreeg, waaraan veel dj’s een puntje zouden kunnen zuigen en die meteen de kwaliteit van de aanwezige nekwervels testte. Een versie ook waaraan, tot groot jolijt van de aanwezigen, geen einde leek te komen en waarmee de zaal nog verder werd opgestookt. Het perfecte einde van een mooie avond.

5 april 2014
Patrick Van Gestel