Autumn Falls 2010: Ólafur Arnalds, Peter Broderick - Klassiek toegankelijk

Botanique, Brussel, 1 december 2010

Voor de derde en laatste dag van het festival sloeg Autumn Falls zijn tenten op in de Botanique. Verspreid over drie zalen kreeg de bezoeker vijf interessante internationale acts voorgeschoteld. Er moesten keuzes gemaakt worden en wij stippelden een parcours uit dat ons voerde langs drie van de meest getalenteerde componisten van het moment.

Autumn Falls 2010: Ólafur Arnalds, Peter Broderick - Klassiek toegankelijk



Ólafur Arnalds, Peter Broderick en Nils Frahm zijn drie piepjonge componisten die het genre van hedendaags klassiek toegankelijk en verteerbaar maken voor een nieuw publiek. De meest productieve van dit rijtje is zonder enige twijfel Peter Broderick. Deze jonge Amerikaan laat zich niet in een vakje steken en heeft releases in uiteenlopende genres die gaan van folk en soundtracks over minimale pianostukken tot experimentele geluidscollages op zijn naam staan.

In de volgelopen Rotonde bracht hij een set met hoofdzakelijk gezongen werk afkomstig van zijn releases voor Bellaunion, 'Home' en 'How They Are'. Broderick maakte een wat verwarde indruk maar wist van meet af aan te overtuigen met zijn composities die hij met behulp van viool, piano, gitaar en loopstation tot leven bracht. Hij werd onverwacht vergezeld door Arone Dyer van de groep Buke And Gass die nummers als Below It, Not At Home en With Notes In My Ears opsmukte met vrouwelijke harmonieën.

Met een zorgeloze flair verliet Broderick het podium om tussen de mensen in te zingen en viool te spelen in een zaal die al veel te klein was om alle geïnteresseerden een plek te geven. Tot het einde toe bleven er langs alle deuren mensen binnensijpelen. Diep onder de indruk van dit intieme concert verlieten wij de Rotonde met het voornemen om vergelijkbare problemen van overbezetting in de nog kleinere Witloofbar te vermijden.

We lieten Menomena in de Orangerie voor wat het was en verzekerden ons van een plaatsje bij een goede vriend en occasioneel huisgenoot van Peter Broderick. Ook bij het piano wonderkind Nils Frahm zat het snel vol. Frahm bracht het eerste stuk, een nummer van The Bells, met een zelden geziene toewijding en een gewijde concentratie en zette op die manier de toon voor een onvergetelijke set.

De sympathieke Berlijner nodigde het publiek uit om rond zijn vleugelpiano op het podium plaats te nemen. Met de twee volgende uitgesponnen stukken bewees hij de kunst te beheersen van compromis tussen virtuositeit en minimalisme. Dit alles terwijl het publiek op enkele meters afstand van hem de adem inhield. Het mooiste moment was echter toen Ólafur Arnalds en Peter Broderick uit het niets opdoken en samen plaats namen achter de vleugel om hun krachten te bundelen in een unieke six-mains. Nils Frahm speelde op zijn eentje nog een afsluitend wiegelied, waarna wij ons richting Orangerie haastten.

Want daarheen verhuisde Ólafur Arnalds na de zeshandige improvisatie. Op één uur tijd vermengde hij een resem tracks in vijf droombeelderige delen. Die liepen dan ook naadloos van een nostalgische tristesse, vertolkt door piano en stijkers over in een woeste storm van soundscapes en bliksembeats.

Arnalds opende met Bú Ert Sólin uit zijn meest noemenswaardige plaat 'And They Escaped The Weight of Darkness'. Spijtig genoeg was dit geen directe voltreffer, maar dat was kwestie van geluidsinstellingen waardoor de breekbare - digitale - pianomelodieën net iets té ingetogen overwaaiden om rechtstreeks het publiek te kunnen raken. Het bijpassende slaapmobieltje dat achteraan geprojecteerd werd, dreigde dan ook even effectief zijn werk te doen.

Gelukkig brachten tracks als 3055 uit 'Eulogy For Evolution' daar duidelijk verandering in. Frêle piano-intro's kregen na een tijdje steevast emotionele versterking van de vier strijkdeernes, waarna het tot een wijdlopige climax kwam met grauwe projecties en bijhorende noise. De Ijslander schakelde je hele bewustzijn uit en bracht je in een muzikale hypnose, waardoor een uur al snel slechts tien minuten lang leek.

De hele avond doofde uit in een veelzeggende stilte. De verbazing was wederzijds, aangezien Arnalds ons zowat het meest kalme publiek noemde dat hij ooit tegenkwam: "Most artists would hate you guys, but I really like it." Pareillement!

Mieke Meskens, Kristiaan Art

1 december 2010