Antony and the Johnsons - Zielloos topconcert

Paleis voor Schone Kunsten, Brussel, 17 april 2009

Sinds hun tweede langspeler ‘I Am a Bird Now’ zijn Antony and the Johnsons terecht uitgegroeid tot één van de belangrijkste muzikale acts van dit decennium. Ook de optredens die daarop volgden werden door Jan en alleman de hemel ingeprezen, tot de meest twijfelachtige BV’s toe. Dat de verwachtingen voor opvolger ‘The Crying Light’ bijgevolg torenhoog gespannen waren, is niet verwonderlijk. Die verwachtingen werden echter slechts deels ingelost en ook het optreden dat ze enkele weken geleden in Antwerpen gaven, werd niet gespaard van kritiek. We trokken dus met een klein hartje naar de Bozar.

Antony and the Johnsons - Zielloos topconcert



We vreesden het ergste wanneer we bij het begin van het optreden een kwartier lang een compleet overbodige en ridicule performance van Johanna Constantine, een arty vriendin van Antony, moesten aanschouwen. Ook opener Where Is My Power was nietszeggend en deed ons al ver onderuit zakken in onze zetel. Gelukkig deed Her Eyes Are Underneath, de échte opener, ons snel opnieuw rechtveren. Ook het daarop volgende Epilepsy Is Dancing klonk dankzij een alternatieve versie ronduit subliem.

Toch bleek al snel dat we hier niet schandalig veel geld neergeteld hadden voor een doordeweeks optreden van Antony and the Johnsons, maar eerder voor "an evening with Antony". Tussen de nummers door vertelde hij honderduit over de inhoud van verschillende nummers en deed dat op zo'n innemende manier dat je niet anders kon dan aan zijn lippen hangen. Zo droeg hij bijvoorbeeld For Today I Am a Boy op aan zijn vriendje Jezus, die in feite ook het nummer geschreven had. Ronduit hilarisch.

Dat de Johnsons niet zomaar een aanvulling zijn op wat Antony uitsteekt achter zijn piano, werd vanavond meer dan ooit duidelijk. Het zestal wist perfect in te spelen op de grillen van hun charismatische frontman en speelde met een zodanig akelige perfectie dat we bang werden dat het breekbare van de nummers verloren zou gaan. Dat was bij momenten zeker het geval, al deerde dat niet altijd. In Kiss My Name, maar vooral in Shake That Devil ontpopte de groep zich tot een groovende jazzband.

Hoe uitstekend de nummers van 'The Crying Light' ook klonken, het was toch het oudere werk dat voor de échte hoogtepunten zorgde: I Fell in Love with a Dead Boy bezorgde ons voor de eerste en enige keer bescheiden kippenvel, Fistful of Love klonk een heel pak donkerder dan op plaat en ook Twilight en You Are My Sister konden ons erg bekoren. En toch waren het pas de bissen Cripple and the Starfish en afsluiter Hope There's Someone die ons eindelijk min of meer bij ons nekvel grepen. Maar de twee uur die daaraan vooraf gegaan waren, hadden er jammer genoeg al voor gezorgd dat het een verloren zaak was.

Achteraf gezien waren we getuige van een concert van topklasse. Zelfs het feit dat Antony een kwartier lang babbelde over hoe onze maatschappij zou moeten vervrouwelijken, namen we er graag bij. Maar wat het hem deed, was dat we een concert van topklasse gezien hebben dat ons op geen enkel ongeblik ook maar iéts deed. En dat is nu net wat we verwachtten van Antony.

17 april 2009
Tom Weyn