The Tellers - We laten minder scheten

The Tellers stelden pas hun tweede plaat voor. 'Close The Evil Eye' werd gemaakt met de deskundige hulp van Gordon Raphael, producer van The Strokes. Wij spraken met twee nieuwe bandleden: Joos Houwen en Fabrice Detry over het verleden, over de herboren band, over touren in Amerika en over meisjes.

We laten minder scheten



De samenstelling van The Tellers is flink gewijzigd in het afgelopen jaar. Van de originele bezetting blijft enkel zanger Ben Bailleux-Beynon over. Hoe zijn jullie bij The Tellers verzeild geraakt? Hoe lang spelen jullie al bij de band?
Joos Houwen
: Ik speel nu een zestal maanden mee.
Fabrice Detry: In zekere zin was ik er al bij van in het begin. Ik heb de eerste ep en het eerste album van The Tellers geproducet. Ook live speelde ik af en toe mee op basgitaar, maar ik concentreerde me voornamelijk op mijn andere band (Austin Lace, nvdr).
Oorspronkelijk bestond The Tellers uit twee mensen: Ben Bailleux-Beynon en Charles Blistin. Charles, de gitarist en songschrijver, heeft de groep verlaten omdat hij zich niet goed voelde bij het live spelen. Hij was elke keer enorm gestresseerd. Maar we hebben opnieuw met hem samengewerkt voor deze plaat. Charles wilde niet meer optreden, maar wel nog graag opnemen. Dat aanvaardde Ben niet, want hij wilde absoluut op tournee gaan.

Houwen: Vroeger was er ook een andere drummer en een andere bassist. Die maken nu ook geen deel meer uit van de band. Fabrice is de nieuwe bassist.
Detry: The Tellers hebben veel succes gehad op korte tijd. Dat bracht heel wat moeilijkheden met zich mee. De tournee die op de eerste plaat volgde was heel zwaar.

Wat was er precies zo zwaar aan die tournee?
Houwen
: Er stonden bijzonder veel concerten op het programma. Als een tour goed georganiseerd is, ga je van de ene stad naar de andere, in een "logische" volgorde. Dat was bij hen niet het geval. Ze moesten van de ene dag op de andere van het ene land naar het andere.
Detry: Ze woonden toen ook nog bij hun ouders. Ik denk dat het voor hen te veel in één keer was.

Het is eigenlijk een ongelofelijke geschiedenis, The Tellers. In 2005 was er nog geen platencontract, nog geen liveband, enkel twee vrienden met een MySpacepagina en een tiental liedjes. Nu, vijf jaar later, heeft de band twee albums gemaakt en touren jullie in de Verenigde Staten.
Detry
: De deal met de platenfirma in de VS is intussen al enkele jaren oud, maar de eerste plaat van The Tellers is daar nu in augustus verschenen. Het tweede album wordt in maart uitgebracht.
Houwen: Dus eigenlijk gaan we naar Amerika om onze eerste plaat te promoten.

Met nieuwe bandleden zijn er ook nieuwe invloeden. Wat zijn die nieuwe invloeden? Wie schrijft de songs op dit moment?
Houwen
: Ben schrijft nog altijd de nummers, samen met Fabrice. Zij komen aanzetten met een nieuwe song en dan werken wij die samen met de hele band uit.
Detry: De invloeden zijn bijna dezelfde als voor de eerste plaat: Bright Eyes, Babyshambles... Al die Engelse bands. Maar er is wel degelijk een verschil met vroeger. Bij de eerste plaat was het vertrekpunt voor alle liedjes de gitaar en de zang van Ben. Pas later werden drums en basgitaar toegevoegd. Nu, voor de tweede plaat, zijn we dikwijls vanuit een ritme vertrokken en hebben we daarna pas de gitaar en de zang toegevoegd. Dat is een groot verschil. Er zit een grotere groove in onze muziek nu.

Jullie hadden allebei ook een eigen band voordat jullie bij The Tellers kwamen spelen. Heeft dit grote gevolgen voor jullie eigen projecten?
Houwen
: (lacht) Mijn bandleden van Skag Sessions zijn hier vanavond, op de cd-voorstelling van The Tellers. Ik heb eerlijk gezegd niet meer zoveel tijd voor Skag Sessions, maar als dat betert, gaan we weer samen spelen.
Detry: Voor mij kwam het eigenlijk goed uit, want al mijn bands lagen een beetje stil. Het was het ideale moment om met The Tellers op tournee te gaan. Met Austin Lace nemen we een kleine pauze. We hadden goede kritieken gekregen op onze laatste plaat, 'The Motherman'.

Ik denk ook ook dat we vrij goede nummers opgenomen hebben, maar er was iets mis met het imago van de groep. Met The Tellers is dat anders. Zij hebben een sterk imago dat gemakkelijk te begrijpen is. Ben is ook een echte frontman. Hij heeft veel uitstraling. Dat heb ik minder. Ik moet een andere manier vinden om mijn muziek naar het publiek te brengen.

Hoe komen jullie bij de titel van het album, 'Close The Evil Eye'?
Houwen
: Oorspronkelijk was het enkel de titel van een van de nummers op de plaat, maar achteraf hebben we gezien dat het ook bij de hele plaat paste. Het "boze oog" is iets duisters. Het concept werd ook in de middeleeuwen en bij de Grieken al gebruikt.
Detry: Vroeger, als er een kind ziek was en men kende de oorzaak niet, werd er gezegd dat hij het "boze oog" had.  In het begin, toen we aan deze plaat begonnen, voelde Ben zich echt niet goed. Hij was doodop van de tournee en van alles wat daarbij kwam kijken. Er waren "slechte krachten" die hem naar beneden haalden.
Houwen: Hij had het boze oog. (lacht)
Detry: Het nummer Close The Evil Eye werd een mantra, een manier om hem aan te moedigen, om afstand te nemen van al die slechte gevoelens.

De plaat werd gemixt door Gordon Raphael, die onder andere ook met The Strokes heeft gewerkt. Hoe was de samenwerking? Hoe zijn jullie bij hem terecht gekomen?
Detry
: We hebben hem gewoon een e-mail en enkele nummers gestuurd. Gordon Raphael is een man die je muziek leuk moet vinden voordat hij met je wil samenwerken en ook de plaats waar hij werkt moet nieuw zijn. Hij was nog nooit in Brussel geweest en wilde graag eens komen. Hij neemt nu onder andere ook een plaat op met A Brand.

Maar Raphael haat Brussel. Hij vindt de stad smerig, hij houdt niet van de mensen. Ook de studio vond hij verschrikkelijk. Het enige dat hij leuk vond was de band zelf en onze muziek.
Houwen: Ik denk dat hij veel luxe gewoon was. Het appartement waar hij moest slapen was niet goed, want er was te veel lawaai.

Detry: We hebben dan een tweede appartement voor hem gezocht, maar dat was weer niet goed, want er was nog meer lawaai en geen internet. Hij is eigenlijk een kind van tien jaar in het lichaam van een volwassen man. Als mens was hij echt een ramp, maar hij kon een hele mooie wereld creëren op de plaat. Hij heeft kleine, heel bijzondere dingen toegevoegd aan 'Close The Evil Eye'.

Wat is jullie favoriete song van deze plaat?
Houwen
: Voor mij is dat Cold As Ice. Het is een krachtig nummer, dat veel energie uitstraalt. Ik vind het het beste liedje van de plaat.
Detry: Ik kies voor ofwel Drama ofwel Secrets. Misschien nog het meeste Secrets. Ik houd heel erg van het geluid van The Velvet Underground. Superzacht, maar toch met iets gekwetst erin, iets gebroken. Mede dankzij het spel van Joos zijn we erin geslaagd om dat gevoel in dat liedje te brengen. En Drama kies ik omdat er een vibrafoon in zit.

Officieel zijn jullie met vier, maar ik zag dat Aurélie Müller (van o.a. Soy Un Caballo, nvdr) regelmatig meespeelt live. Is zij nu een volwaardig lid van de band?
Detry
: Ja, ze maakt nu deel uit van de groep. Dat was een grote vraag: blijft The Tellers een jongensgroep, met vier jonge kerels? Nu, ik ben niet jong, dus dat was al opgelost. (lacht) Het label wilde graag dat we met zijn vieren op het podium gingen staan. Maar wij, en zeker Ben, hebben gezegd dat we meer een familie wilden creëren. De aanwezigheid van een meisje in een band doet veel.
Houwen: We laten minder scheten.
Detry: We zijn beleefder. Zij maakt de groep toch verfijnder. Aurélie is ook muzikaal een grote meerwaarde. Met haar kunnen we het geluid van de plaat ook live brengen. Ze speelt vibrafoon. Nee, we blijven voortaan zeker met zijn vijven.

Nog één laatste vraag. The Tellers hebben ooit een liedje, Holiness, opgenomen met Coby-Rae, een klein meisje waar behoorlijk mysterieus over gedaan werd. Wie is Coby-Rae?
Detry
: Coby-Rae is de dochter van de man die het eerste album heeft gemixt. Zij was toen elf jaar en ze komt uit Australië. Ze heeft een heel speciale stem. Je zou niet denken dat ze zo jong is als je ze hoort. De manier waarop ze zingt is wel grappig. Een beetje naast het ritme, maar heel charmant.

30 oktober 2010
Lene Hardy