Nathaniel Rateliff - Pas toen we de studio uitkwamen, beseften we hoe heftig de ervaring was
In de lente van 2017 trok Nathaniel Rateliff voor elf dagen naar Tucson om er samen met zijn vriend en producer Richard Swift de laatste nummers voor het tweede album van Nathaniel Rateliff & The Night Sweats af te werken. In die elf dagen schreef hij ook What A Drag, een meer introspectief nummer over het naderende einde van zijn elfjarig huwelijk. Het bleek het begin van een nieuw hoofdstuk: een nieuwe soloplaat. De plaat werd ergens onderweg iets anders, toen Swift in juni 2018 overleed aan alcoholische hepatitis, een leverziekte die ontstaan was door een jarenlange alcoholverslaving.
Het bleef nog steeds een plaat over een voorbije liefde, maar ook het verlies van een goede vriend werd in de plaat binnengebracht, een vriend die aanvoelde als een broer. ‘And It’s Still Alright’ ligt nu in de winkelrekken en is het eerste echte muzikale pareltje van 2020.
Nathan Rateliff: We hebben de plaat opgenomen in Richards opnamestudio, waar ik dus ook het eerste nummer heb opgenomen. Dat voelde juist. In maart 2019 ben ik er acht dagen geweest, samen met Patrick Meeste (drummer van The Night Sweats, nvdr) en James Barone (vriend van de band en technicus, nvdr). Terwijl we daar waren, stonden we niet echt stil bij de ervaring, omdat we zo hard aan het werk waren. Maar uiteraard denk je dan wel aan momenten die je daar met Richard hebt doorgebracht. Het ruikt er nog hetzelfde, het ziet er nog hetzelfde uit,... Je voelt zijn aanwezigheid. Ik wilde ook zijn sound, de sound van die plek. Het was pas toen we vertrokken, dat we voelden hoe heftig de ervaring was geweest.
In Rush On zing je “How easy you left remembering all your laughter.” Wat mis je het meest nu hij er niet meer is?
We hebben zoveel gelachen samen, zoveel plezier gemaakt. Dat was er niet alleen tussen ons, het was eigen aan Richard: hij had het vermogen om anderen blij te maken. Iedereen die hem kende zal dat beamen. Hij was gewoon heel grappig. Het is vreemd dat iemand, die anderen zo veel plezier brengt, zich zo wanhopig alleen kan voelen. We moeten meer met elkaar leren praten, in het algemeen. Er zijn nog zoveel mensen die lijden in stilte. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat we dat taboe doorbreken? Ook daarom heb ik de plaat gemaakt.
Jij hebt nu over jouw gevoelens en jouw rouwproces een plaat gemaakt, een kunstwerk waardoor je er met vreemden over gaat praten. Voelt dat niet vreemd aan?
Ergens wel, natuurlijk. Ik denk nog letterlijk elke dag aan hem. Toen ik dertien was, stierf mijn vader. Ik heb me niet meer zo verloren gevoeld tot aan Richards dood. Ik moest me dus de vraag stellen: hoe gaan we verder vanaf hier? De enige manier was om erover te schrijven, om het in liedjes te gieten. Het is voor mij ook de enige manier om alles wat ik voel te leren begrijpen en er tegelijkertijd nog wat plezier in te vinden.
Ik vind het ook wel goed dat ik erover praat. Ik denk dat ook dat deel uitmaakt van het rouwproces. Het is niet zo dat er geen leuke momenten meer zijn in mijn leven. Naast hard werken waren de opnames ook gewoon leuk. De titeltrack And It’s Still Alright heb ik op een ochtend geschreven toen ik echt goedgemutst opgestaan was. Een paar uur later hebben we het opgenomen. Het was pas toen we naar het nummer terugluisterden, dat het moeilijk werd, omdat ik toen pas begon te ontdekken wat ik eigenlijk geschreven had.
Maar de titel van dat nummer en van de plaat is wel nog steeds And It’s Still Alright. Wilde je er toch nog een vleugje optimisme in stoppen?
Precies, ja. Er zijn verschillende ideeën geweest voor de titel. Op een bepaald moment zou het ‘Rush On’ worden, maar ik dacht dat de luisteraar dan eerst naar de titeltrack zou luisteren en dat zou een nogal zware introductie tot de plaat worden. Daarna werd het ‘All Or Nothing’, maar dan vreesde ik dat mensen zouden denken dat ik sarcastisch was. Daarna kwam de suggestie van een vriend om ze gewoon ‘And It’s Still Alright’ te noemen, omdat dat nummer toch de hele thematiek van de plaat in zich droeg: doorheen de problemen en het verdriet zoeken naar kleine sprankeltjes hoop en plezier.
Voorlopig is mijn favoriet op de plaat Mavis. De gospelzang in het nummer maakt me blij.
Ik ben er zeker van dat Richard dat nummer geweldig zou hebben gevonden. Ik heb het gestructureerd en muzikaal ingekleurd op de manier waarop ik vermoed dat hij het zou hebben gedaan. En het is inderdaad een injectie van vreugde.
Je vat het leven ook een paar keer in één zin samen. In You Need Me zing je “Running to the top of the hill then the hill starts over”, in What A Drag wordt het leven samengevat als “So brace for things you don’t know”.
Het is inderdaad dezelfde boodschap, maar in twee andere beelden. Als je op de top van een berg komt, kom je alleen maar aan de top van die ene berg, van de horizon die je kon zien. Pas daarna zie je dat er nog bergen aan komen. Bergen waar je je eerder niet van bewust was, die je niet kon kennen, omdat niemand weet wat het leven nog in petto heeft. Je moet het nemen zoals het komt. Het is belangrijk om op die momenten ervoor te kiezen om verder te gaan en niet terug te keren.
Je zingt ook over ouder worden op de plaat en hoe het erbij hoort om dan mensen te verliezen.
Je denkt sowieso wel meer na over de dood naarmate je meer naar begrafenissen gaat. Toch vind ik het ook charmant, ouder worden. We leven in een wereld waarin de jeugd als het hoogst haalbare wordt voorgesteld. Er wordt over heel veel dingen gezegd dat je ze moet doen “wanneer je nog jong bent.” Maar echt, dat is zo’n korte periode uit je leven. We zouden ernaar moeten streven om die periode dat we ouder worden – die veel langer is – beter te benutten en niet alleen maar te denken: “Dat kan ik nu niet meer doen, want ik ben ouder.” Dat lijkt me een nogal gekke manier om naar het leven te kijken. Waarom zou je niet meer kunnen reizen nadien? Waarom zou je je passies niet meer najagen? Ik denk dat je een verantwoordelijke volwassene kan zijn én kan leven volgens je passies.
Het lukt jou alleszins: je reist de wereld rond met je muziek. De laatste jaren ben je heel populair geworden met The Night Sweats. Je hebt eerder al twee soloplaten gemaakt, maar die kwamen voor het grote succes. Een groot deel van het publiek zal nu dus waarschijnlijk een nieuwe, meer introspectieve, kant van je ontdekken.
Net daarom kijk ik uit naar de komende tournee. Wanneer ik met The Night Sweats speel, mikken we vooral op energie en blijdschap: klappen, springen en zingen. Nu hoop ik vooral op stilte. We hebben voor deze tournee ook bewust veel theaters met zitplaatsen uitgezocht Hier spelen we bijvoorbeeld in de Capitole in Gent. Ik hoop dat dat al een sfeer zal creëren waarin het publiek als vanzelf meer zal luisteren.
Je hebt moeilijke jaren achter de rug. Wat mag ik je wensen voor 2020?
Rateliff: Een goede gezondheid, daar komt het uiteindelijk toch altijd weer op neer. Het is de basis die alle dingen, die je vreugde geven in het leven, mogelijk maakt. Dan heb ik het niet alleen over fysieke gezondheid, wat uiteraard belangrijk is, maar ook mentale gezondheid. Het is echt belangrijk dat we meer leren praten over wat we denken en hoe we ons voelen.
Dit artikel verscheen ook op Newsmonkey.be. Nathaniel Rateliff speelt op vrijdag 24 april in het Capitole te Gent. Tickets zijn hier te verkrijgen.