Johan Verminnen - Nostalgie komt met de jaren

Met zijn vijfenzestigste verjaardag in zicht voelt het voor Johan Verminnen als een bevrijding om een nieuw album uit te brengen. Op de nieuwe cd ‘Tussen een glimlach en een traan’ kijkt de vijfenzestigjarige Brusselaar, die in juli voor het eerste opa wordt, vol grote verwondering naar een wereld – dichtbij en veraf - die ontroert en verscheurt.

Nostalgie komt met de jaren



Hoe moeilijk was het om de juiste titel te kiezen voor je cd?
Een goede titel voor een cd kiezen is niet gemakkelijk. Hij moet immers de geest van alle liedjes omvatten. Ik zag toevallig een interview met Toots Thielemans uit 1989 op televisie. De journalist stelde aan Toots de vraag hoe hij zijn succes binnen en buiten de jazzwereld verklaarde. Toots nam zijn bril af en zei: "Eveything I do is between a smile a a tear." Toen wist ik: ik heb mijn titel gevonden. Die uitspraak was voor mij de vonk om het nummer te schrijven voor mijn gelijknamige, nieuwe album. Een betere samenvatting van mijn eigen leven en carrière kon ik zelf niet verzinnen.

Hoe bezielend is die figuur van Toots voor jou anno 2016?
Ik heb hem redelijk goed gekend en eigenlijk zag ik in hem een figuur waaraan ik me spiegel. Toots vertelde allerlei dingen tussen de stukken, die hij speelde, en dat doe ik ook. Hij kreeg daar veel kritiek op vanuit de jazzwereld, maar hij wou daardoor het ijs breken. En dat moet je doen bij elk publiek.

Hoe moeilijk is die opdracht hedentendage voor een artiest als jij?
Ik denk dat de ervaring een grote rol speelt. Ik kleef steeds een verhaallijn tussen mijn liedjes als ik optreed. Als ik nu een lied als Brussel speel, is er onherroepelijk de link naar de actualiteit. Misschien is die nog groter dan vroeger. Die essentie brengen blijft een must.

Zie je de plaat als een soort van tussentijdse balans in je leven, een soort stand van zaken?
In zekere zin wel, maar wel een balans met veel vertakkingen. Zo moet je ook kunnen lachen met jezelf; ook dat doe ik op mijn nieuwe cd. Tegelijkertijd heb ik het ook in een ernstig liedje over mijn leeftijd. Jawel, ik ben vijfenzestig geworden. Oppassen, nog even genieten voor ik word weggegomd, want ook dat is de realiteit. In deze maatschappij gooien wij mensen gemakkelijk weg: we steken ze in rusthuizen en houden geen rekening meer met hen.

Ben je daar zelf ook bang voor nu je vijfenzestig geworden bent?
Als ik erover zing, wil dat zeggen dat ik de realiteit onderken. De hele maatschappij is gebaseerd op jonge, interessante mensen. De publiciteit gaat daarover; alsof die ouderen geen belang meer hebben. Dit in schril contrast met de Afrikaanse maatschappij, waar de ouderen wel gewaardeerd worden en zelfs belangrijker zijn dan de jongeren.

Voel jij dan de drang om daarvoor op de barricaden te gaan staan als artiest?
Ja, maar ik zeg dat allemaal onderhuids. Dat is mijn kracht; net als Toots, die vertelde in zijn tussenteksten waarover het echt ging, zonder daarvoor op een barricade te staan.

Alle Dromen Zijn Van Ons is tegelijk een vertaling van, maar ook een hommage aan Pierre Rapsat.
Rapsat zou nu ongeveer mijn leeftijd gehad hebben. Ik heb hem heel goed gekend. We hebben allebei gestreden voor statuten van artiesten. Pierre kreeg kanker, hoewel hij ongeveer op hetzelfde moment door het lied ‘es Rêves Sont En Nous de deur naar Frankrijk geopend zag worden. Dat was zijn grote droom. Hij heeft van dat succes niet meer kunnen genieten. Zijn familie waaronder Pierres vrouw drong aan om een Vlaamse versie van dat liedje te maken. Ik ben blij dat ik het gedaan heb. Alles van onze generatie is vertegenwoordigd in dat ene liedje. Een heel actuele song, waarin de tranen ook stromen over alles wat niet meer kan.

Je teksten zijn doorgaans doordrenkt van nostalgie. Wordt dat gevoel met de jaren groter?
Absoluut! Er is het besef hoe alles is geweest en hoe alles ook anders had kunnen zijn. Maar daarvoor is het te laat. Er ligt natuurlijk ook een leven voor me, want ik ben een speler. Ik moet zingen en spelen. Will Tura nam vorig jaar afscheid maar kwam toch terug. Waarom? Er is gewoon geen afscheid! Dat bestaat niet. Het afscheid, dat zijn de begrafenissen waar ik op zaterdag naartoe trek. Dat is Luc De Vos, Walter De Buck, Wim De Craene, Wannes Van de Velde. Zaterdagvoormiddagen zijn tegenwoordig verschrikkelijk.  Maar ik blijf spelen. Bob Dylan zei: "We’re on a neverending tour". Hij heeft overschot van gelijk.

Blijft optreden ook na al die jaren het summum?
Daar kan je van op aan. Er is de communicatie met de musici en het publiek en de opluchting nadien. Zoals van een jogger na zijn dagelijkse ren. Wanneer de stralen van het warme water van de douche over je lopen en je de adrenaline nog voelt, die je deugd heeft gedaan.

Volg je eigenlijk de jongere generatie zangers en zangeressen die volop kiezen voor het Nederlands?
Heel zeker. Ik kijk altijd reikhalzend uit naar wat Wannes Cappelle uitspookt; of Tourist Le Mc, wat ik ook zeer goed vind. De taal doet altijd weer nieuwe adepten ontspruiten. Wat een geluk zeg!

Johan Verminnen treedt de komende weken op in Antwerpen (oa op Nekka), Oostende, Destelbergen en Sint-Jans-Molenbeek. Alle info vind je op www.johanverminnen.be.

 

27 april 2016
Steven Verhamme