Ben Harper & The Innocent Criminals - Ik ben instinctief met muziek bezig

Een breekbare stem, een slide-gitaar techniek die geen enkele andere muzikant zoals hij onder de knie heeft en bloedmooie, diepzinnige  teksten. Het zijn de ingrediënten die de Amerikaanse singersongwriter Ben Harper sedert de release van zijn debuutalbum ‘Welcome To The Cruel World' succesvol hanteert. Dertien jaar na dit baanbrekend werk heeft de zanger uit Californië al heel wat muzikale watertjes doorzwommen en komt hij eind augustus 2007 op de proppen met het gloednieuw album 'Lifelines'. 

Ik ben instinctief met muziek bezig



We ontmoeten Ben Harper in een sjiek hotel in hartje Brussel. De Amerikaanse zanger is in het land omLifelines’ te promoten en is die dag -om de grote massa fans op afstand te houden- ingecheckt onder een andere naam. “In de loop van mijn leven ben ik al heel veel in België geweest”, vertrouwt hij ons in zijn hotelkamer toe. Hij grabbelt in het doosje pralines op het bijzettafeltje, nipt even van zijn koffie en zet zich schrap voor het interview met daMusic.

 

Je nieuw album ‘Lifelines’ ligt in vergelijking met eerder uitgebrachte cd’s zoals ‘Both Sides Of The Gun’, ‘The Will To Live’ en ‘There Will Be A Light’  meer in de lijn van soul. Wanneer heb je het gevoel dat je een andere richting uit wil met je muziek?
Elke vorm van creativiteit is voor mij een cyclus van instincten en intuïties. Als muzikant volg ik mijn hart en ziel en bewandel ik de weg die op dat moment voor mij open ligt. Ik voel me er even goed bij als ik nu soul, funk, reggae, gospel, rock, pop- of rootsmuziek maak. Ik vind dat geen enkel genre moet onderdoen voor een ander. Ik heb nog nooit het gevoel gehad dat ik iets moet overanalyseren. Ik voel muziek gewoon aan en als ik  een andere richting wil uitgaan, zal ik dat zeker niet forceren. Muziek is een mysterie en het is een kunst dit mysterie te ontrafelen. Zolang ik mijn eigen persoonlijkheid in mijn muziek kan leggen, blijf ik passioneel bezig. De dag dat iemand zegt hoe ik mijn nummers moet maken, zal muziek voor mij lang niet meer zo boeiend zijn als vandaag.

‘Lifelines’ werd opgenomen in Parijs. Heb je een speciale band met Parijs?
Ik had er met mijn groep The Innocent Criminals net een tour opzitten van negen maanden. We hadden ons laatste concert enkele honderden kilometers van Parijs gespeeld en het was een kleine moeite om naar de Franse hoofdstad af te zakken. Ik hou enorm van Parijs. Niet alleen de sfeer van deze grootstad ligt mij, maar ook zijn talrijke begraafplaatsen, kerken en architecturele hoogstandjes creëren voor mij een gevoel dat je nergens anders ter wereld kan oproepen. Bovendien werd ik in 2003 door de Franse versie van het muziekmagazine Rolling Stone verkozen tot artiest van het jaar, wat voor mij een grote eer was. Frankrijk heeft voor mijn muzikale carrière heel wat deuren geopend en daarom ga ik er regelmatig terug.

Wil je niet naar huis gaan na zo’n lange, vermoeiende tour met je band?

Natuurlijk wil je snel naar huis gaan om je gezin terug te zien en op adem te komen in je leefomgeving. Meestal doe je dat ook, maar na een wereldtournee is de adrenaline en het enthousiasme zo groot dat je bruist van de energie om een plaat op te nemen. Dus wat je hoort op ‘Lifelines’ is het evenwicht van een groep die dankzij dit enthousiasme de kans krijgt om wereldwijd naam en faam te maken. Enerzijds heb je de opgewondenheid, maar anderzijds zijn er de elementen vermoeidheid, uitputting, verlangen en wanhoop die deze plaat vorm gegeven hebben.

Op ‘Lifelines’ staat een instrumentaal nummer Paris Sunrise #7. Is dit een vervolgverhaal op One Night in Paris, de nogal extravagante film met Paris Hilton als spilfiguur?
Oh my God.
Oh my God, no! (verontwaardigd) Ik heb die film zelfs niet gezien. (zwijgt even). We werkten heel hard gedurende zeven dagen aan het album, telkens van één uur in de namiddag tot vijf uur ’s morgens. Als we bij het ochtendgloren uit de studio kwamen, zagen we keer op keer dat de zon opkwam. Na de zevende zonsopgang keek ik naar de bandleden en zei ik: ‘Hey, hebben jullie al ooit zeven zonsopgangen na elkaar gezien?’, waarop ze in koor met een ‘neen’ repliceerden. Zo kreeg ik de plotse inval om dit instrumentaal stuk Paris Sunrise te noemen. Er is niets zo mooi als de zonsopgang in Parijs.

In een andere song, ‘Having Wings’, zing je ‘True Happiness Is Having Wings’. Heb je soms het gevoel dat je wil wegvliegen, dat je de realiteit wil ontvluchten?

Mijn beroep verplicht me haast om de realiteit te ontvluchten. Ik heb mijn vleugels al lang geleden aangetrokken, maar toch wil ik ze van tijd tot tijd afnemen en eens niet aan muziek denken. Er zijn artiesten die heel gestructureerd songs schrijven, zoals Nick Cave dat al jaren doet. Sommige muzikanten moeten zich afzonderen om de juiste gedachten te vinden, terwijl mijn hersenen voortdurend brouwen op nieuwe ideeën. Het schrijfproces is het resultaat van elke seconde van de dag. Ik schrijf zowel songs thuis als tijdens een tournee met The Innocent Criminals. Ik woon in the middle of nowhere, aan de rand van de zee. Daar componeer ik heel vaak, omdat ik me er kan wentelen in de rust en de natuurlijke omgeving. Ik put mijn inspiratie vaak uit luttele details die ik aan elkaar knoop om tot een boeiend geheel te komen. Ik vraag me constant af waar het volgend stukje tekst vandaan zal komen. Dat is trouwens ook de reden waarom ik meestal een notitieboekje bij me heb. Toen ik werkte aan de song Having Wings was er net een vriendin van mij gestorven. Er vloog een vogel naast mij en ik fantaseerde dat die vogel de reïncarnatie van de overleden vrouw was. Wat ik met de song wilde zeggen, was dat je alleen maar gelukkig kan zijn door instinctief jezelf te zijn en dat ook te blijven.

Als je een nieuw album uitbrengt, wacht je dan angstvallig op de reacties van de pers?

Ik kan me dat niet permitteren, want anders zou ik ‘s morgens nooit uit mijn bed raken. Als artiesten in de trant van Coldplay of Keane na hun debuutalbum een tweede album maken, willen ze dat succes evenaren en zal de druk om dat te realiseren eens zo groot zijn. Bij mij is dit punt nooit een probleem geweest, zelfs niet in het begin van mijn muzikale carrière. Ik ben zo druk bezig in mijn leven dat ik geen tijd heb om te piekeren over onbenulligheden. Als je iets uitbrengt, wil je de beste zijn. Soms heeft de media het bij het rechte eind, soms zitten ze er totaal naast en in andere gevallen ben je simpelweg de pineut. Daar moet je je als artiest boven zetten.

Je bent getrouwd met de actrice Laura Dern, waarmee je twee kinderen hebt. Trek je een lijn tussen je privé- en professioneel leven?

Ja. Journalisten moeten schrijven over wat hen motiveert, intrigeert en wat de massa wil lezen. Fans mogen gerust weten wie ik ben, wat ik doe en met wie ik getrouwd ben. De manier waarop je als artiest met de pers omgaat, heeft een invloed op de berichtgeving over jou als persoon. Er zijn Amerikaanse sterren die enkel in de belangstelling komen omwille van hun privéleven, maar daar pas ik voor. Zolang mijn songs goed zijn, mag iedereen denken en schrijven wat hij wil.


Je hebt de afgelopen jaren met heel veel artiesten samengewerkt, waaronder Radiohead, Metallica, Pearl Jam, Beth Orton en The Fugees. Heb je nog veel contact met die artiesten?

Constant. Ik zie Jack Johnson regelmatig. Hij is net als Beth Orton een heel goede vriend van mij. Ik zie Beth in mindere mate dan Jack, maar als we elkaar treffen, hebben we heel wat bij te praten. Lauryn Hill kon ik bijna overtuigen een song  te zingen voor ‘Lifelines’, maar dat plan sprong op het laatste moment af. Met The Blind Boys Of Alabama heb ik een zeer speciale band. Vanaf het ogenblik dat ik hen negen jaar geleden leerde kennen, klikte het tussen ons. Daarom zal ‘There Will Be A Light’ altijd een speciale plaats in mijn oeuve krijgen. Ik groeide op met gospelmuziek en voor mij wekte het veel herinneringen uit mijn jeugd op toen ik met hen drie jaar geleden die cd opnam. De samenwerking met The Blind Boys of Alabama is nooit professioneel geweest, omdat ze heel familiair met andere muzikanten omgaan. Met wie ik ook een goede band heb, is Sheryl Crow. Ik ben onlangs nog naar Nashville geweest om achtergrondzang op te nemen voor haar volgende plaat.

 

Op de recent uitgebrachte cd ‘Make Some Noise, Save Darfur’ zing je net als U2, R.E.M., Christina Aguillera en heel veel andere artiesten een cover van John Lennon. Kunnen muzikanten een verschil maken door mee te doen aan dergelijke projecten zoals deze van Amnesty International, Live Aid en Live Earth?

Natuurlijk. Er zijn tijden geweest in de beschaving dat je geband werd, omdat je té veel verschil maakte. Als je deze periodes bestudeert, zal je merken dat het een drijfveer is tussen mensen onderling om wantoestanden te bestrijden en dat deze drijfveer gebaseerd is op cultuur. We zijn intelligent genoeg om in te zien dat onze strijd tegen armoede, sociale uitsluiting of andere maatschappelijke topics geen geneesmiddel, pil of oplossing voor het probleem is. Maar toch is wat artiesten met dergelijke projecten doen een levenskracht die zo heftig is dat het mensen nerveus maakt en hen ertoe aanzet aan verandering te werken.

Zoals de Vote For Change-tour enkele jaren geleden?

Het is een schande dat het imago van zo’n fantastisch land als de Verenigde Staten schade berokkend wordt door de politiek. Het slechte medische en sociale stelsel in de USA doet veel Amerikanen hunkeren naar plaatsen als Europa. Ik ben hoopvol en ben ervan overtuigd dat het tij gauw zal keren. In steden als Seattle bijvoorbeeld is er een groot probleem van jonge daklozen, die uit miserie drugs nemen. In de Verenigde Staten zegt men vaak ‘love it or leave it’, maar ik denk daar anders over. ‘Love it or fix it’, ‘love it or prove it’, ‘love it or change it’. Als je echt van je land houdt, doe je er alles aan dat iedereen zich goed voelt en dat iedereen in menselijke omstandigheden kan opgroeien. De culturen en structuren zijn zo divers in Amerika dat het heel moeilijk is om zo’n groot land nog degelijk te besturen. De Verenigde Staten zijn lang niet zo verenigd als iedereen beweert.

Als afsluiter hebben we nog een cadeau voor jou. Het is typisch Belgische chocolade die je zeker eens moet proeven.

In dat geval zal ik jou een van mijn pralines aanbieden (Ben neemt het doosje pralines dat op zijn tafeltje staat en reikt het in mijn richting).
‘Are you a dark chocolate man? Then I’ll take a white one’, gaat Ben Harper verder. ‘Yeah’, antwoord ik.
‘Ok’, zegt hij. (zwijgt) ‘Heel erg bedankt’, vervolledigt de zanger. ‘Het is zeer vriendelijk van jou. Ik krijg zelden cadeaus, dus nogmaals bedankt.’ (ondertussen proeft Ben een praline, sluit zijn ogen en geniet van de heerlijke smaak).
‘Oh shit’… (zwijgt) ‘Oh!’ (luide kreet van genot). ‘You are gonna make me fat, Bert.’
‘I know’, repliceer ik. (stilte)
‘Man, these are good’ (proeft een tweede, zwijgt even en grijpt naar een derde praline). ‘Damn, that’s good stuff… oooh (zeer luide kreet)… oh my God, that may be one of the best I ever put in my mouth (ondertussen neemt Ben nog een vierde praline en komt de man van de platenfirma ons melden dat onze tijd om is). ‘I am gonna write this down’, mijmert Ben in zichzelf terwijl hij in zijn notitieboekje een aantekening maakt. Een idee voor een song over Belgische pralines? Wie weet…

8 november 2008
Bert Coppens