Cloon

Heel af en toe ontdek je eens een groep die echt barst van potentieel, die origineel is en ook nog eens een eigen sound heeft. Cloon is er zo eentje. Zoals de bandleden het zelf al aangeven: “What would happen if you would put members from Tool, Faith No More and Primus in a band with Frank Zappa & Tom Waits?” Niemand kent het antwoord op die vraag, maar Cloon kan je wel goed op weg helpen om er een beeld over te vormen.

Cloon


 



Wie een beetje kennis heeft van de recente muziekgeschiedenis kan aan de invloeden van Cloon al afleiden dat het niet meteen de normaalste groep zal zijn. De vijf tracks op deze EP bevestigen dat feit maar al te graag. Want Cloon is chaotisch, maar ook gestructureerd. Cloon is knettergek, maar ook bloedserieus. Cloon is één grote tegenstelling. Om het iets concreter te stellen lijkt dit op een creatie van een bizar brein, zoals je die vindt bij Frank Zappa, Mike Patton of Jello Biafra. Niet meteen de minste namen, maar als je je waagt aan progressieve muziek met een geschift randje, en daar nog goed in slaagt, dan zijn die verwijzingen geheel terecht.

De bas heeft op dit schijfje een speciale plaats ingenomen. Want deze treedt maar al te graag op het voorplan en drukt daarmee zijn stempel op het geheel. Vooral de funky en doomachtige baslijnen weten als geen ander hoe een nummer te sturen. Maar de rest van de band hoeft hiervoor zeker niet onder te doen. Zo is Tom Claus een ijzersterke zanger met een erg ruim stembereik. Zowel cleane zang als screams met een randje zijn geen enkel probleem, en de klankkleur van deze vocalist is gewoon uitstekend geschikt voor een band als Cloon. Warm als het moet, rauw tijdens de hardere stukken, en af en toe ook prettig gestoord. Bij progressieve metal en rock mag de gitaar ook niet ontbreken, en ook hier is die uiteraard aanwezig op een extravagante wijze. Het karakter van de tracks wordt dan ook voor een groot deel hierdoor bepaald. Vaak is het gitaarspel op deze EP erg schichtig, nogal staccato en doorspekt met plotse uithalen die al even snel weer verdwijnen. Ook solo’s komen soms voor maar die verzinken makkelijk –en bewust– in de riffs. Deze atypische manier van songschrijven werpt zijn vruchten zeker af, want we krijgen eigenlijk een grote structuur die helemaal verweven zit met een pak kleine dingetjes. De minst opvallende speler moet de drummer zijn, die een minder uitgesproken geluid heeft, maar toch nog altijd retestrak de boel samen timmert. Meteen ook het enige puntje van kritiek, en dat is dat de ritmesectie ook wel eens zot zou mogen doen. De muziek vraagt daar niet echt om, maar leent zich er wel toe.

Topklasse? Jazeker! Wat Cloon op deze EP neerzet is gewoon een knap staaltje muzikantschap, een overdosis schrijftalent, en het is ook nog eens degelijk opgenomen. Deze progressieve vorm van metal en rock met een hoop freaky ideetjes is tegenwoordig al zeldzaam geworden. Bands die er dan nog in slagen om dit goed te doen zijn quasi onbestaande. Cloon is er één. En dat verdient tonnen respect, maar vooral veel speeltijd in ieders stereoketen.

13 juni 2011
Pieter Van Wezemael