Soundgarden – ‘Ultramega OK’

RE:introducing

De volgende in een lange rij heruitgaven. Ditmaal wordt het debuut van noiserockgezelschap Soundgarden nog eens afgestoft. Vooraleer jullie commerciële verwijten oprispen; ditmaal zit er wel degelijk een verhaal achter.

Soundgarden – ‘Ultramega OK’

Stel: je bent met je groepje van drie, begenadigd in het produceren van een stevige wall of sound, bezit een brulboei van een zanger (aanvankelijk ook drummer) die een glas kan doen barsten en nummers schrijft die meteen naar de keel grijpen. Toevallig is het 1984 en speel je in de undergroundscene van Seattle en geraak je in de slipstream van de zogenaamde grunge terecht en neemt Gren Ginn (Black Flag) je op in zijn beruchte SST label. Dan wordt de druk voor een debuutplaat groot. Erg groot.

Het nog erg punkgetinte ‘Ultramega OK’ is onder zo’n grote tijdsdruk opgenomen en afgemixt dat het in de dolle kermis van de dertig opvolgende jaren (de lange splitperiode inbegrepen) steeds is blijven wringen bij Soundgarden hoe onafgewerkt de plaat in feite wel klonk. Vandaar deze heruitgave, als een soort van herkansing met als opzet de puntjes op de i te zetten zonder de fans, die dertig jaar een andere versie van de songs te slikken kregen, voor de borst te willen stoten.

Feit: je moet inderdaad al fan zijn om de verschillen te willen gaan zoeken (en in eerste instantie ook de originele versies natuurlijk in je bezit hebben). Of je moet gewoon met open vizier luisteren naar de begindagen van punk en grunge, waar een band experimenteert met noise, psychedelica, bluesrock en zelfs hardcore en blij zijn dat je met deze heruitgave nog zes extra tracks die verstopt zaten in de oude doos cadeau krijgt.

Dat laatste loont. Want ‘Ultramega OK’ is (in deze versie dan) een knaller. Hoewel nogal rommelig van opzet en songvolgorde, geeft dit album blijk van een band die power, energie en humor op een spitsvondige manier weet te verweven. Voor dat laatste verwijzen we graag naar het afsluitende One Minute Of Silence, een knipoog naar John Lennons Two Minutes Silence en niet meer of minder dan een nietszeggende, toevallige opname van vage ruis met discussie op de achtergrond.

Maar grijp je gerust even vast aan de unieke melange van rock, metal en industrial, de wall of sound van mens en machine met de grollende bas van het maatschappijkritische All Your Lies, de gemene powerspeed- en hardcore-invloeden op het grimmige Nazi Driver of het akelige dodenmarsritme van het donkerpsychedelische Beyond The Wheel, dat geklemd zit tussen twee quasi-instrumentale, bizarre, geknipte tapefragmenten 665 en 667. Got it?

Al even sterk en toch weer helemaal anders: de sleazy herwerking van Chester Burnetts bluesklassieker Smokestack Lightning met de schroeiende, verslavende gitaarriff en slepende zang. Of check even hoe de eerste opname van Head Jury het zonder Sonic Youth-sample stelt en daardoor nog een stuk ruwer overkomt.

Pas later zal de iconische Chris Cornell zijn hoog schreeuwende zang als handelsmerk gaan gebruiken, duikt de band helemaal de grungewereld in (de oprichter van hét grungelabel Sub Pop, Bruno Pavitt, stamt rechtstreeks af uit de Soundgarden-annalen) en komen klassiekers als Black Hole Sun of Spoonman aan de oppervlakte. Maar dat is weer een geheel ander hoofdstuk.

19 mei 2017
Johan Giglot