Requiem voor een Vlaamse Ba(a)rd - reprise.

Achtergrond

Onlangs kon u hier lezen hoe armetierig de Vlaamse muziek er naar onze bescheiden mening aan toe is. Een van de mensen die daar tracht verandering in te brengen is Frans Joseph Goof, een man waarover u binnenkort nog meer dan eens iets zal vernemen in deze kolommen. Groot was onze verbazing toen hij Ivan Heylens platen omschreef als "bijna Brelliaans". Brel leek ons moeilijk te rijmen met die tierende boerenhippie. Het album 'De Beeste' opende onze oren.

Requiem voor een Vlaamse Ba(a)rd - reprise.



"A zit a hier!" Het wordt misschien niet zo vaak meer meegebruld op spaghettifuiven in de stilaan verkommerende parochiezalen op het weinige platteland dat ons nog rest, maar Ivan Heylen zal voor eeuwig en drie dagen geboekstaafd staan als de Werkmens, en de man die het liedje zong voor de wilde boerndochtere. "Veur heur. VEUR HEUR!" Toch valt er op die weinige platen die hij begin jaren zeventig maakte veel meer te beleven en te beluisteren. Zet u schrap.

De Werkmens en De Wilde Boerndochtere lijken onvervalste carnavalshits van het soort waar de Vlaamse onderbroekenlolfanaten een patent op hebben. Plaats ze echter in het grotere geheel van Heylens werk en ze krijgen een heel andere klank. Ze beschrijven weldoordacht, bot en cru de aard van het botte en crue Vlaamse beestje. Op 'De Werkmens' valt de artistieke drang van Heylen met wat goeie wil te bespeuren in Zangere Zingt e Lied, maar op 'De Beeste' krijgt het meer lyrische en poëtische werk voorrang.

Zelden werden wij meer geroerd door Vlaamse liederen. Heylens zang is fors, ruw, onbeholpen zelfs, maar klinkt daardoor des te echter, des te gemeender. De begeleiding is spartaans en vaak wat amateuristisch. Vlaanderen loopt meestal twee decennia achter op de wereld. En juist daardoor zijn pareltjes als 't Is Hier Zo Koud Zonder Aa, Geen Uur Zonder Weirde of Kom Ik Naar Huis zo aandoenlijk. De grove, ondoorgrondelijke bullebak barst in tranen uit. De halfgeschoolde accordeonist wringt pijnlijke noten uit zijn verweerde trekzak. Dit is geen koketterie, dit is echt. En: elk woord, hoe simpel ook, komt recht uit het herte en klinkt waar. Is dat geen poëzie?

De voor volkszangers typische maatschappijkritiek ontbreekt natuurlijk ook niet, maar Heylen is niet belerend of afkeurend. In De Beeste en 't Lied Van De Zwarte Bende - beiden onnozele carnavalsstampers voor het ongeoefende oor - houdt hij de medemens een spiegel voor, notuleert hij het jachtige jagen van onze verloren zielen, en spreekt hij van grijs brood en bruine zepe, om de luisteraar even te doen denken aan een lang vervlogen tijd zonder complexiteit of pretentie, die misschien nog niet zo slecht was. Heylen vat de Vlaanders subliem samen in zijn ruwe, schier ondoordachte, ietwat nostalgische je m'en fous-stijl. De ogenschijnlijke simpelheid van zijn liederen maakt ze des te pakkender. Hij gaat recht naar het hart, waar weinig plaats is voor subtiele bedenkingen. Daar is enkel vuur.

Een schier onvindbare plaat en een paar singles later hield Heylen de muziek quasi voor bekeken. Is deze column geen requiem voor Ivan Heylen zelf, dan is het er toch een voor zijn muziek. Zat er meer in? Enkel den duvel zal het weten. Feit is, dat Ivan Heylen met een paar platen een pakkend oeuvre bijeen schreef, in een originele, herkenbare, pakkende stijl. In een tijd als deze, waarin elke artiest tracht zo angelsaksisch mogelijk te klinken en de gemiddelde Vlaming tout court liever een Amerikaander was geweest, klinkt Heylens oervlaamsheid des te confronterender. Eenieder die wou vergeten dat arm Vlaanderen in de jaren vijftig nog bestond uit keuterboerkens en fabrieksarbeiders, wordt er met zijn neus ingewreven: onze Vlaamse aard, ons Vlaamse gevoelsleven heeft nog steeds weinig met Hollywood te maken. Het is anders. Het heeft de kleur van kleigrond, niet van neonreclames. Luister maar naar Heylen. U zal het begrijpen. Hij voert u terug naar de tijd toen de term "Vlaams" nog niet de patserige, egoïstische, oppervlakkige bijklank had die het nu heeft.

Waren wij maar terug Streuvels' eenvoudige, eenzame, verstilde boeren. Nem.

Luistertip: platenfirma Dureco bracht een dubbel-cd uit met het gros van de liederen uit Ivan Heylens eerste twee albums. Als u ook maar de minste interesse vertoont in de muziek van ons landsdeel is dit werkje onontbeerlijk.

25 maart 2009
Stefaan Van Slycken