#MutantDisco - Bush Tetras - Can’t Be Funky (1981)
Aan het eind van de seventies en begin van de jaren tachtig ontstond in New York een strekking van punkers die ook wilden dansen en zonder veel gene disco, latin, hiphop en wat dies meer zij, voluit omarmden. En dat klonk behoorlijk opwindend, die zogeheten no wave of funkpunk. Salontafel aan de kant en jumpen maar!
We vallen in herhaling, maar 'Domino Deel 1' en '2' op de toen quasi-heilige zaterdagavond was de schrijn van het heiligdom, waar alle relieken in één guts over ons heen werden gekapt. We overdrijven niet als we stellen dat Luc Janssen, Guy De Pré, Arnold Rypens en hun ploeg levens hebben veranderd, muzikanten hebben gevormd, melomane gemeenschappen hebben gesticht, ouders gillend uit de huizen verjaagd,... Enfin, cassetterecorders in aanslag, tapen en de rest van de maand genieten van opgenomen kleinoden. Streaming was nog een eeuwigheid verwijderd.
Postpunk, no wave, mutant disco,... het zat ook allemaal in de Bush Tetras, waarvan gitarist Pat Place al eerder in de punkfunketalage lag met de pioniers van The Contortions, maar met de snedige zang van Cynthia Sley en de pompende discogetinte bas van Laura Kennedy had hij opnieuw een staafje goud in de aanbieding. De debuut-ep 'Too Many Creeps' was al raak, maar het populairste schijfje was toch het onweerstaanbare Can’t Be Funky, dat in alle clubcharts en op alle dansvloeren met een donker tintje zeer welkom was. Zodanig zelfs dat ze over de oceaan werden opgepikt door het übercoole label Stiff Records.
Maar de frêle punkfunkschouders waren niet stevig genoeg en al even snel was het tetraverhaal voorbij. De interesse voor de groep is altijd blijven bestaan en een occasionele reünie midden jaren negentig en midden jaren 2000 bracht hen ook nog eens tot in Europa.
"You Can’t Be Funky", en allemaal samen in koor antwoorden we: “….if you haven’t got a soul!”