Latte e Miele brengt remake van eigen klassieker

Achtergrond

Heeft een remake van een veertig jaar oude bijbelse klassieker wel zin? De progveteranen van Latte e Miele leveren het bewijs. Met ‘Passio Secundum Mattheum’ deden ze de muziekwereld in 1972 versteld staan. Het passieverhaal volgens de evangelist Mattheus kennen we van Johann Sebastian Bach, maar het Genuese trio bracht in de stijl van ELP en Le Orme zijn eigen, stoutmoedige versie. Een nieuwe interpretatie brengt deze legendarische lp nu naar de eenentwintigste eeuw.  

Latte e Miele brengt remake van eigen klassieker



Latte e Miele werd geformeerd in 1971 door gitarist Marcello Giancarlo Dellacasa en de toen zestienjarige drummer Alfio Vitanza. Van meet af aan liet de groep geen twijfel bestaan over de sterke, klassieke invloeden, net als landgenoten New Trolls (herinner u hun ‘Concerto Grosso’). Na ‘Passio Secundum Mattheum’ verscheen ‘Papillon’ in dezelfde stijl, met twee uitvoerige stukken waarvan Patetica de onmiskenbare stempel van Beethoven droeg.

Dellacasa en Vitanza vonden in Oliviero Lacagnina de ideale toetsenist voor hun grootse ambities. Lacagnina is niet zomaar een imitator van Emerson of Wakeman. Bovendien loopt hij minder in de kijker dan zijn Engelse evenknieën en heeft hij meer een dienende functie. Maar zijn partijen kloppen als een bus en versterken voortreffelijk het harmonische weefsel.

Hoe vaak horen we geen  bewerking om uiteindelijk terug te verlangen naar het origineel? Niet zo met dit album! Niet alleen brengt de remake ons nieuwe inzichten in het oorspronkelijke werk, ook voegt hij nieuw materiaal toe. Deze ‘Passio’ is voor Lacagnina immers altijd een “work in progress” gebleven. Wanneer de band in 2008 reformeerde, leek de tijd gekomen om het retrosjabloon nieuw leven in te blazen.

De ondertitel ‘The Complete Work’ is dan ook niet zonder betekenis. Zo komt Il Pane E Il Sangue Dell'Alleanza meteen na Ultima Cena, en staan Il Rinnegamento Di Pietro en Il Prezzo Del Sangue tussen Il Pianto en Giuda. Ook het einde werd serieus herwerkt, met vier nieuwe nummers en de finale Come un Ruscello Che… waarin de thema’s van het oorspronkelijke Il Dono Della Vita inbegrepen zijn. 

Om de band met het origineel toch niet los te laten, staat op de nieuwe plaat een take uit 1972 onder de naam Toccata Per Organo. Destijds mocht Lacagnina blijkbaar toch solo gaan in de studio, en meer dan veertig jaar later krijgen we het resultaat te horen: het is één van de spannendste stukjes op orgel ooit in de progrock. Eat your heart out, Wakeman! 

Ook algemener gesproken blijft de geest van de seventies op deze bewerking intact.  Maar in productionele zin moet het origineel het afleggen tegen de remake. Het koor klinkt nu veel krachtiger en levendiger. De gastenlijst voor de gesproken delen leest als een “who is who” van de Italiaanse progscène. Nadat La Maschera Di Cera vorig jaar een knap vervolg bracht op Le Orme’s klassieker ‘Felona e Sorona’, is dit opnieuw een bewijs van de tijdloze kracht van de progressieve muziek uit het Italië van de jaren zeventig.  

‘Passio Secundum Mattheum – The Complete Work’ door Latte e Miele is verschenen bij Black Widow Records. 

15 juni 2014
Christoph Lintermans