Kameel - Barkas
Nee, Patrick Steenaerts, Hans Mullens en Geert Roelofs haalden de inspiratie voor hun bandnaam niet bij een in te strakke legging gestoken vriendin. Het is eerder dat zij met hun bandnaam fotograaf Alex Salinas inspireerden voor de foto op cover.
Waar dit jazztrio dan wel het idee haalde voor zijn typisch Belgisch surrealistische bandnaam? Wel, bij Met Wel-Gemeende Groet van de Kameel, een compositie op piano van collega Misha Mengelberg waarmee geen enkele van de elf tracks verder iets van doen heeft, behalve dan het genre en het feit dat ze ook allemaal instrumentaal zijn.
Maar daar houdt het dan ook echt mee op. Steenaerts (gitaar), Mullens (bas) en Roelofs (drums) exploreren de mogelijkheden - en soms ook de beperkingen - van hun instrumenten op tien zeer sterk van sfeer en lengte wisselende tracks alsof hun sloep (oorspronkelijke betekenis van barkas) zich doorheen erg wisselende wateren voortbewoog.
Opener Greg wordt door Steenaerts geïnjecteerd met de energie van een rockgitaar al zitten er ook meer kabbelende passages in. Hetzelfde kan gezegd worden van Aarsworm al worden de snaren en het ritme hier toch wat meer krom getrokken. Op het lange, Bongerd is het hek dan helemaal van de dam. Zonder de groove te verliezen, lijkt er op los gejamd te worden.
De twee daarop volgende, korte tracks wordt er weer een nieuw pad gekozen. Chameaux Tordu is een weerbarstige eruptie van energie, terwijl Barkas langzaam naar diepste krochten van de oceaan lijkt te zinken.
Chameau en Twiki zijn dan weer schijnbaar improvisaties op de eigen bandnaam. Op het eerste lijk je heen en weer te wiegen op de rug van een woestijnschip om dan in Twiki te belanden, wat vast de naam is van een Oosters oord van verderf waar langwimperige en blootbuikige danseressen de slang in hun mandje lokken.
Naar het einde toe wordt de toon een pak lieflijker. Steamer is zowaar (bijna) een walsje en Hollow is van een tederheid die hier nergens anders tentoon wordt gespreid. Ja, een kameel kan dus ook best aaibaar zijn, al blijft dit al bij al een beestje met een bijzonder grillig karakter.