Giant Sand - 'Recounting The Ballads Of Thin Men'

RE:introducing

Giant Sand - 'Recounting The Ballads Of Thin Men'

Het gebeurt wel vaker: artiesten die vroeger werk terug onder handen nemen om er een nieuwe door de tijd gerijpte versie van te maken. Live cd’s zijn dan een mogelijkheid of anders gewoon een hele plaat waarin een bepaalde periode opnieuw wordt afgestoft. Dat laatste heeft Giant Sand gedaan met tweede cd ‘The Ballad Of A Thin Line Man’, een titel met meer dan een zware knipoog naar Dylans ‘Ballad Of A Thin Man’. Niets verkeerds mee om door de jaren heen te evolueren en dingen van vroeger in vraag te stellen. Maar – het dient gezegd – soms is het gewoon een handig truukje om een inspiratiedipje te verdoezelen.

Het eerste wat opvalt is dat er eigenlijk geen "ballads" meer te vinden zijn op ‘Recounting…’ Integendeel; Giant Sand zet er van meet af aan flink de gitaarbeuk in. Reptillian, weliswaar een nieuw nummer en geen remake uit de originele Ballads-elpee, zal al vlug exemplarisch blijken: gierende, maar gecontroleerde gitaren met een wolkje reverb dragen het nummer. En niet alleen dat nummer. Dat Howe Gelb, de immer bezige drijfveer achter Giant Sand, een meer dan serieuze boon heeft voor Neil Young heeft hij nooit achter een effectpedaal of switcher meer of minder verborgen. Op Hard Man To Get To Know komt hij qua experimenteel loeiende gitaren en zelfs qua stemgeluid in de buurt van “Young featuring Crazy Horse”. In de verte dan wel, want ook hier is het origineel nog steeds beter dan de kopie.

De typische gejaagdheid van de punk - Giant Sand is een postpunknakomertje – bepaalt Desperate Man. Even denk je dat op You Can’t Put Your Arms Around A Memory enig gas wordt teruggenomen. Wrong, totally wrong! Heel even duurt het parlando bij de intro, maar na enkele maten wordt er alweer flink van jetje gegeven. Graveyard begint kalm maar krijgt toch ook weer z’n opgefokte passages.

En dat dendert zo maar door. Giant Sand op Duracell, dat is zowat de beste omschrijving voor deze ‘Recounting The Ballads….’. Daar kan het relatief rustige, met akoestische percussie onderbouwde Who Am I globaal gezien niets aan veranderen. Op het einde mag echtgenote Paula Brown The Chill Outside met de nodige echo komen neerleggen op een monotoon bed van gitaren. Echt overtuigend klinkt het niet. Thin Line Man sluit deze stijloefening van Giant Sand energiek af.

Voor ons had die hele ‘Recounting The Ballads Of Thin Line Men’ niet echt gehoeven. Howe Gelb wou met de huidige line up van Giant Sand de songs opnieuw inkleuren à la Young, Bowie, Zeppelin, Dylan en vooral met heel veel punkachtige noise. Maar punk, was dat niet iets van de vorige eeuw en dus erg voorbij?

22 oktober 2019
Frank Tubex