George Harrison - Living In The Material World

Achtergrond

Martin Scorsese maakte een documentaire over het leven en de carriere van de stille Beatle George Harrison. Hij gaf ze de treffende titel ‘Living In A Material World’ mee, naar een van de solo cd’s van George. We keken er meer dan geboeid naar en niet alleen omdat we Beatlesfan zijn.

George Harrison - Living In The Material World



et heeft bijna 10 jaar geduurd vooraleer George Harrison zich van de enorme schaduw van de reuzen Lennon en McCartney bevrijd had en zich een eigen, rustig plekje onder de rock-'n-rollzon had verworven. Dat lag voor een gedeelte aan de wat eenzelvige natuur van Harrison zelf, die gedurende lange tijd tevreden was met zijn statuut van beste gitarist van de Fab Four en die op vraag van Paul of John de nodige solootjes voorzag bij hun voor de eeuwigheid bestemde composities.

Die overvloed aan magistrale nummers van het duo belette bovendien dat Harrisons eigen werk, dat hij thuis in zijn vrije tijd bij elkaar speelde, slechts sporadisch en bijna uit medelijden met de man op de platen van The Beatles terechtkwamen. Something en While My Guitar Gently Weeps krijgen in deze fase van de docu terecht veel aandacht. De samensteller laat zeer goed die lange strijd en de lichte frustratie van stille George naar boven komen in de film.

Scorsese is dan ook niet aan zijn proefstuk toe. Naast enkele memorabele concertfilms – wie kan ooit genoeg krijgen van de heerlijke The Last Waltz-registratie? – heeft hij o.a. reeds een erg rake documentaire No Direction Home  gedraaid over Bob Dylan, niet toevallig één van George Harrisons goede vrienden. Scorsese stak dynamiek in deze meer dan twee uur durende documentaire, wisselt concertfragmenten af met beelden uit de studio, interviews met familie en (muzikale)vrienden, laat Harrison zelf ook regelmatig aan het woord. Zijn researcheteam heeft perfect werk verricht en Scorsese heeft er een vlotte en tegelijk voldoende diepgaande documentaire van gemaakt.

Niet dat zoiets heel moeilijk moet geweest zijn: Harrison was al een beetje tobberig van aard en toen hij op het einde van de sixties in de ban geraakte van de leer van de maharisja en zich volop op de Indische cultuur en godsdienst stortte, kreeg hij soms wel iets van een predikant. Zijn persoonlijkheid groeide er ongetwijfeld door, zijn carrière helaas niet. Scorsese heeft er wel zijn tanden in gezet.

George maakte nog wel twee schitterende solo cd’s waarbij de allereerste, All Things Must Pass, grotendeels gevuld was met werk dat hij nog tijdens zijn Beatles-periode had geschreven. Wie kent niet My Sweet Lord, What’s Life of Give Me Love, echte hits die hem gedurende een jaar of vier deden schitteren. En toen was het stilaan over.

Harrison begon zich te interesseren voor film. Veel aandacht gaat in de documentaire naar zijn vriendschap met en financiële steun voor Monty Python maar stilaan interesseerde hij zich toch steeds meer voor zijn tuin (eerder een park) rond zijn huis. Hij kende nog wel een moment de gloire als lid van de onovertroffen Traveling Wilburys en maakte een erg gesmaakte concerttournee door Japan waarbij alle hits nog eens een geactualiseerde lezing kregen met Eric Clapton op gitaar. Maar dat was het dan.

Meer dan genoeg natuurlijk om nog maar eens te beseffen dat George Harrison echt tot de heel groten behoort en tegelijk een hectisch droomleven heeft gekend in het eerste gedeelte van zijn leven en nadien op zijn eigen manier een boeiende rust gevonden heeft.

Niet alleen voor de diehardfans maar voor iedereen die een intelligente documentaire over een eersteklassespeler in de rockmuziek in huis wil halen.

22 februari 2012
Frank Tubex