Bowie's enige nummer één-hit

Bowie's enige nummer één-hit

David Bowie werd geboren op 8 januari 1947 en overleed negenenzestig jaar en twee dagen later nadat hij zijn eigen dood leek aangekondigd te hebben met het album ‘Blackstar’. De muziekwereld was in rouw. Een van de grootste artiesten van de twintigste eeuw was niet meer.

Toch scoorde Bowie in heel zijn carrière slechts één nummer één-hit in Vlaanderen. Hij kwam er dichtbij met Under Pressure, de hit samen met Queen, en later met Dancing In The Street (samen met ex-bedgenoot Mick Jagger) en This Is Not America (ook al een samenwerking, dit keer met de Pat Metheny Group), maar zijn enige echte nummer één-hit in Vlaanderen was Let’s Dance.

Dat nummer stond op het gelijknamige album uit 1983, een plaat geproducet door Nile Rodgers. Diezelfde Rodgers had in 1975 al gesolliciteerd om in de band van Bowie gitaar te spelen ten tijde van ‘Young Americans’, maar toen had hij bot gevangen. Hij was verheugd nu wel mee te mogen werken met Bowie die hij bewonderde omwille van diens kameleonachtige imago.

Helaas voor hem was Bowie op dat moment dat excentrieke imago beu. Een paar jaar eerder had hij al afscheid genomen van de Berlijnse jaren en was hij gescheiden van Angela. En drie jaar lang had hij vooral acteerwerk gedaan. Nu moest er brood op de plank komen en moesten er hits gescoord worden.

Rodgers had eerder al Carly Simon en Diana Ross terug op de rails gezet en EMI zag in hem de ideale man om ook Bowie aan hits te helpen. En of ze gelijk hadden! ‘Let’s Dance’ ging maar liefst zeven miljoen keer over de toonbank en hielp niet alleen Bowie, maar ook Stevie Ray Vaughan, Iggy Pop, Duncan Browne en ook Rodgers zelf aan de nodige fondsen.

Dat zit zo: Vaughan speelde de gitaarsolo op Let’s Dance en werd zo een ster. Door het succes van China Girl, een oud nummer van Bowie's oude vriend Iggy Pop, kon die ook financieel herademen en doordat Bowie Criminal World coverde van Metro, de band van Duncan Browne, passeerde ook hij langs de kassa.

Rodgers liet niet alleen alle leden van Chic op de plaat meespelen. Hijzelf werd door het succes van ‘Let’s Dance’ later gevraagd om ‘Like A Virgin’, de debuutplaat van Madonna, en ‘Notorious’ van Duran Duran te producen. Ook hij zou zich nooit nog financiële zorgen moeten maken.

Eerder onverwacht was dat de Duitser Peter Shilling zijn graantje meepikte. Die scoorde tegelijk met het succes van Let’s Dance een grote hit met Major Tom, een soort vervolgverhaal op Bowie's Space Oddity. In de BRT top 30 van 30 april 1983 stond Bowie op twee en Shilling op drie. Goede timing noemen ze dat. Net zoals de meester zelf, die in 1969 Space Oddity uitbracht net voor de maanlanding. Bowie voerde Major Tom trouwens nog twee keer op: in Ashes To Ashes en Hallo Spaceboy.

De enigen, die zuur keken, waren de fans van het eerste uur, die de commerciële Bowie maar niets vonden, en Tony Visconti, de producer van Bowie's vorige vier albums. Hij zou pas twintig jaar later opnieuw met zijn poulain samenwerken op ‘Heathen’. De twee zouden echter wel altijd vrienden blijven en Visconti producete ook Bowie's laatste plaat.

De massa zal Bowie dus wellicht herinneren van China Girl en Let’s Dance. Wij koesteren de mooiste herinneren aan ‘Scary Monsters And Super Creeps’. En u?

8 januari 2020
Marc Alenus