Wolf People - Ruins

Jagjaguwar

Meer van hetzelfde. Dat was de eerste reactie. Maar dan wel van bovenstebeste kwaliteit. Zoals we dat van Wolf People gewend waren geraakt. En toch is er eigenlijk meer aan de hand.

Ruins

De ‘Ruins’ waarvan sprake, zijn de ruïnes van deze verdorven wereld, die in ideale omstandigheden terug door de natuur worden ingenomen. Het zijn ook de ruïnes van songschrijver Jack Sharp nadat diens leven overhoop werd gegooid. Dat ging zelfs zover dat hij er de brui aan wou geven, maar uiteindelijk werd dit een triomfantelijke terugkeer: luider, wilder, psychedelischer en meer Wolf People dan ooit.

De middeleeuwse invloeden blijven aanwezig. De akoestische openingsakkoorden, de fluit in Crumbling Dais, het back-to-the-seventies-gevoel dat van deze muziek uitgaat, het zo typische drumwerk van Tom Watt (naar eigen zeggen geïnspireerd door hiphop),… het is ook op ‘Ruins’ allemaal aanwezig. Maar er is meer: Jack Wolf lijkt zijn frustraties kwijt te moeten in de gruizige gitaarklanken, die overheersen op dit album.

En dan is Night Witch het voorbeeld bij uitstek. Want daar lijkt Sharp al zijn duivels in kwijt te moeten. Gitaren gaan op en neer, botsen tegen elkaar aan en gieren alsof het vliegtuig dat je in de intro hoort in vlammen neerstort. Enkel de zoete stem van Sharp steekt een beetje af tegen al dat geweld. Het refrein is er één van opgekropte woede dat dan met uitslaande drums overgaat in een wild om zich heen slaande solo. Wolf People doet Zeppelin met een snuifje Sabbath en een tikkeltje Rush.

Dat Kingfisher de spil is waarrond dit album draait, is onmiskenbaar. Niet enkel is er het eigenlijke nummer, er worden nota bene twee reprises in de plaat verwerkt, de ene keer al wat meer demo-achtig dan de andere. Qua kracht tipt het niet aan de hoger genoemde voorganger, maar het blijft wel vintage Wolf People.

Andere koek wordt er geserveerd in Salts Mill waarin zeker naar het einde van de song toe de psychedelische blueskant wordt uitgegaan. Beginnen doen ze nog zachtjes, maar gaandeweg stijgen de dampen op uit de versterkers en raak je in hogere sferen door de mistige gitaren. Noteer ook de subtiele toetsen, die in de song verwerkt zijn.

Zo is ‘Ruins’ toch duidelijk een steviger album dan de voorgangers, waarop liefhebbers van gespierde hard- en of bluesrock ongetwijfeld ook hun gading zullen vinden. Wolf People heeft hiermee zijn gamma uitgebreid. En daar zijn wij blij om.

12 februari 2017
Patrick Van Gestel