Wim Mertens - The Gaze Of The West

U-Sonic Records

The Gaze Of The West

Afhankelijk van hoeveel uur per week je naar uiterst spaarzame pianonoten kan luisteren zonder horendol te worden, concludeer je dat minimalistische muziek de laatste jaren steeds uitgepuurder dan wel schraler is geworden. Van lui als Ludovico Einaudi, Ólafur Arnalds en Dustin O’Halloran kan je drie platen simultaan draaien en nog vlot wegdommelen. Wim Mertens wordt ook onder de noemer “minimal” geplaatst, maar je zou bijna van barokke arrangementen gewagen als je ‘The Gaze Of The West’ beluistert, terwijl de plaat toch helemaal in de lijn ligt van het onderhand als gekend beschouwde oeuvre van de componist.

 

De plaat opent met een soort taptoe-roffel van tweeënhalve minuut waardoor je meteen wakker bent. In het vierentwintigkoppige orkest vinden we maar één percussionist terug, die op basis van In Lieu Of over minstens vier armen beschikt. Muzikaal horen we er echter weinig memorabels in qua ritme of melodie en onze gedachten dwalen af naar de al te obscure Kenny John, die korte tijd bij Louis Armstrong de drums kon laten zingen en dansen. Verder op de plaat keert deze roffel terug in Force De Laisse, waar de melodie verzorgd wordt door piano, gitaar en blazers die veel weghebben van zo ’n knijptoeter op een kinderfiets of een eend waar je op trapt. Het curieuze is dat we van dat stuk net het gedeelte zonder percussie het meest interessant vinden en wellicht het enige op de plaat dat een meer diepgaande beluistering vergt.

Maar bon, we zijn wakker, om onmiddellijk weer tot rust te komen bij Helm. Knap hoe gitaar en piano met compleet andere accenten toch tot één geheel versmelten. De blazers echoën een beetje So What van Miles Davis zonder uiteraard te ontbranden in allerhande onvoorspelbaars.

Geen idee of Wim Mertens er gelukkig mee is dat Quatre Mains landelijke bekendheid kreeg door een telecomoperator, maar met Compactified lijkt hij te mikken op een ringtone. En nog een vrij irritante ook. Als we er de vinger op konden leggen of het dat tempo dan wel het riedeltje is, bespraken we klassieke muziek en geen rock. Moesten ze dit nummer bij die telecomoperator op de telefoons van de helpdesk gebruiken, het zou geen twintig minuten duren alvorens je iemand aan de lijn kreeg. Nee, dan snel over naar Sketch Of Proof. Voor leuke songtitels ben je bij Mertens altijd aan het goede adres, en voor een walsje met klarinet dus blijkbaar ook.

Net als Victims Over Victors, dat een score voor een stroperige kostuumfilm zou kunnen zijn, klasseren we dit onder “verre van essentieel”, al zullen de echte fans er zonder twijfel hoog mee oplopen. European Grasses is dan nog net iets memorabeler maar nauwelijks interessanter.

Prédire N’est Pas Expliquer begint als piano-celloduet en wordt geleidelijk aan voller. De thema’s keren subtiel terug bij verschillende instrumenten en blijven toch even in het geheugen kleven. Ook het tempo ligt helemaal waar we het willen. Hetzelfde verhaal voor Scattering Time.

De plaat sluit af met Charged Impurities, waarin twee strijkers in een spaarzaam arrangement enkele flarden melodie wegstrijken. Zeer mooi, maar hopelijk is het niet de voorafspiegeling van meer spartaanse arrangementen op volgende platen. Op ‘The Gaze Of The West’ staat de Wim Mertens die we aan een paar noten herkennen en die we liefhebben. En hij hoeft zich wat ons betreft niet in minimalistischer vaarwater te begeven.

23 juli 2020
Stefaan Van Slycken