Tubelight - Expert By Virtue, Thereof

Fons Records

“Bezweken onder de druk van een succesvol debuut en bijbehorende verwachtingen”, zo hadden we Tubelight al min of meer afgeschreven. Maar kijk, een stapje terugzetten, het geweer van schouder (platenfirma) wisselen en met een frisse muzikale blik opnieuw aan de slag gaan heeft dit kwartet een bijzondere, wat eigenwijze tweede plaat opgeleverd.

Expert By Virtue, Thereof

Te noteren: exit benevelende wall of sound en welkom rafelige garagerock; weliswaar nog steeds met de nodige psychedelische knipogen. Die stap geeft Tubelight duidelijk meer ruimte voor creativiteit en vrijzinnig spel. Aanvankelijk lijkt het dan ook dat ‘Expert By Vitrue Thereof’ (en dat is meteen de laatste keer dat we deze onmogelijke, nonsense titel zullen vermelden) alle kanten uit stuitert, een beetje zoals de abstracte hoescollage of de diverse typografieën van de songtitels aangeven: rommelig.

Wees dan ook gewaarschuwd: het duurt een tijdje vooraleer deze langspeler zijn geheimen prijsgeeft. Niet enkel omdat de eerste maten erg langzaam optrekken met gerafelde drums en een aarzelend Casio-speelgoedmotiefje, maar ook omdat de band zich weinig grenzen of wetten lijkt op te leggen. Een song van geen minuut die eentje van zes minuten voorafgaat; teksten die over alles of niets zouden kunnen gaan, een nummer als Visi-sonor Pt. 2 dat tot twee keer toe volledig instort en zich tracht te herpakken met wat tussenliggend gitaargejengel,... Trek daar maar eens een lijn in. Het lijkt dan ook voortdurend dat je als toeschouwer vanop afstand mag kijken naar een band die in haar eigen roes ronddoolt. Deliriumrock, zo zouden we het kunnen noemen.

Loslaten, dat is dus de boodschap. Dat wil zeggen: de echo’s van Lou Reed en zijn velvet groepje in Complexity negeren (niet eenvoudig omdat Lee Swinnen vaak een gelijkaardige, parlando zangstijl hanteert en het bluesgitaartje hier wel erg fraai cirkelt). En dat wil ook zeggen: niet stilstaan bij het recentelijk heengaan van de geniale gek Mark E. Smith, die met zijn The Fall op dezelfde postpunkwijze net naast de muzikale sporen, ritmen en akkoorden wandelde. In feite is deze plaat dus niet meer of minder dan een creatieve splinterbom, een rommelpotje tot en met, een ode aan chaos. Getuige Nervous Jim: het toppunt van muzikaal gerotzooi met wat gefluit, narratieve tussenstukken, hikkende drums, gitaarvingeroefeningen en vage echo’s van harmonica.

Laat het duidelijk zijn: dit moet zowat de meest on-Belgische plaat zijn die we in lange tijd mochten aanhoren. En nadat we ons zowat alle plukken haar uit het hoofd hadden getrokken, begonnen we er zelfs wel wat van te houden ook. Enkel al de manier waarop deze vier jongens zichzelf hebben heruitgevonden is erg indrukwekkend. En als het allemaal wat te veel wordt, is er gelukkig altijd nog deze.

20 maart 2018
Johan Giglot