The Tea Party - Blood Moon Rising

Suburban

Blood Moon Rising

Spaarzaam, maar knal erop. Ziehier een samenvatting van ons all-time favorite rocktrio. Want langspeler ‘Ocean At The End’ die tien jaar studiostilte verbrak, ligt ook alweer zeven jaar in de rekken. Maar kom, met ‘Blood Moon Rising’ scheuren Jeff Martin, Jeff Burrows en Stuart Chatwood weer lekker de gordijnen van de muur.

Tip: begin meteen met de tweede track, Way Way Down. Dankzij een knaller van een stonerriff ga je meteen voor de bijl en kan er voor The Tea Party verder niets meer fout gaan. Pittig, gebald in de heilige drie minuten en met de nodige energie. Zo hebben we het theekransje van deze Canadese bluesrockers graag. Want jij weet natuurlijk ook goed genoeg dat een nieuwe plaat de voorbode is van een nieuwe reeks “larger than life” shows van deze band. Bewijs? Je krijgt deze killersong nog in live versie aan het eind van deze plaat. Grrrr. We kunnen niet wachten.

“I’m so far from home / I can’t see the faces I’ve known”, opent Martin deze nieuwkomer. Het is hopelijk dus een droom die spoedig in vervulling mag gaan. De combinatie van zijn glijdend stemtimbre en de afwisseling stevig rockend en bluesig zwevende passages (die weliswaar vaak op veilig spelen) doet trouwens The Tea Party meer en meer in het vaarwater belanden bij het legendarische The Cult. En dat betekent dus een vertrouwde, maar ook misschien wat verouderde sound. Een gevoel van nostalgie dat niet enkel tekstueel terugkeert (“Say goodbye to the golden age when we were young and we were strong”), maar ook met covers van Led Zeppelin (Out On The Tiles), Morrissey (Every Day Is Like Sunday) of Joy Division (Isolation) beklemtoond wordt. Al moeten we zeker bij die laatste bekennen dat deze wat vlakke herinterpretatie verbleekt bij het dreigende en verdomd actuele origineel.

Dus ergens vinden we het wel spijtig dat de scherpe kantjes van The Tea Party ietwat verdwijnen halfweg deze plaat en een akoestische gitaar de ballad Our Love moet leiden en zelfs de warm dragende en mooi uitgewerkte baslijnen van Stuart Chatwood een beetje het zwijgen worden opgelegd. The party is over, zo lijkt het wel. Combineer dat met de gladde productie van dit album, die verbergt dat diezelfde Chatwood volgende instrumenten bijdraagt: bas, gitaar, keys, harmonium, percussie, mandonline, cello, lapsteel en tambura. Dan voel je toch ergens dat de drie Torontanen anno 2021 een tikkeltje op veilig spelen. Bewijs live het tegendeel jongens!

13 december 2021
Johan Giglot