The Men - Buyer Beware

Fuzz Club Records

Buyer Beware

Toen wij The Men aan het werk zagen op Fuzz Club festival, was al heel erg duidelijk dat de volgende plaat meer van hetzelfde zou zijn. En meer van hetzelfde, dat is dan rauwe punk, ook al is er hier en daar plaats voor een buitenbeentje.

The Men zijn eigenlijk nooit voor één gat te vangen geweest. Als je er de discografie op na beluistert, stoot je op allerlei bijzonder uiteenlopende genres, gaande van blues over langs folk en country naar rock. En binnen die rock – om er dan maar één genre uit te pikken - gaat het nog van de bluesy soort van The Dream Syndicate naar het extreem experimentele van pakweg Sonic Youth. Dat principe geldt eigenlijk ook voor deze plaat, al is het hier voornamelijk Stooges-achtige punk, waarmee dit album wordt ingezet. Maar er zit dus ook evolutie in.

Het gaat niet goed met de wereld. En traditioneel is dat de ideale voedingsbodem voor goede muziek. Muziek ook waarin de mistoestanden van die wereld worden aan de kaak gesteld. The Men vonden blijkbaar inspiratie genoeg om een plaat te vullen met songs, waaruit de frustratie zo opwelt.

Van zachtjes erin komen is in elk geval geen enkele sprake, want Pony knalt meteen je boxen uit om niet meer te stoppen. “When are you gonna stop runnin'? / We've seen the truth behind your lies”, zijn de eerste woorden. Er worden dus geen doekjes om gewonden. The Men zijn niet helemaal tevreden met hoe het er tegenwoordig aan toe gaat. Wat dat betreft, is de albumtitel ook al veelzeggend. Het gelijknamige nummer geeft je trouwens ook een stevige trap tussen de mannelijke benen. Je wordt als consument met de neus op de keiharde feiten gedrukt, tenminste als je de teksten verstaat. En de saxofoon onderstreept dat nog eens.

Veel poespas wordt er trouwens ook niet rond de productie gemaakt. Ouwe getrouwe Travis Harrison knalde alles gewoon rechtstreeks op tape inclusief feedback (de inzet van Fire Sermon) en ander gestommel. Na zeventien jaar (voor twee van hen dan toch) weten Nick Chiericozzi (gitaar, stem), Kevin Faulkner (bas), Mark Perro (gitaar, stem), en Rich Samis (drums) ook wel hoe een song op te bouwen en waar de gitaarsolo het best uit de verf komt. Desondanks bewijzen ze hiermee dat hun liedje nog lang niet uitgezongen is.

Naarmate het album vordert, merk je wel dat er meer nuance wordt gebracht in de muziek. Charm is niet alleen maar lillend rood vlees. Vooral de zang toont hier aan dat deze band zoveel meer is dan gewoon maar raggen. Let wel, dat rauwe is nooit echt ver weg. Ook niet in de afsluiter, ook al is Get My Soul meer stoner dan de pure punk van de andere songs. Het bewijst alleen maar dat The Men niet stoppen bij de grenzen, maar lustig verdergaan.

Nee, de prijs voor de originaliteit hebben deze Amerikanen hiermee niet gewonnen, maar daartegenover staat dat de songs stuk voor stuk gebouwd zijn op een stevig fundament, ook al ziet de eigenlijke constructie er dan nog zo krakkemikkig uit.

28 februari 2025
Patrick Van Gestel