Suzi Quatro - The Devil In Me

Steamhammer

The Devil In Me

Om (nog maar eens) een open deur in te trappen: het is behoorlijk lastig om als muzikant gemotiveerd te blijven. Ook al ben je een levende legende die al verschillende decennia meegaat. En een legende is Suzi Quatro zeker.

In 1973 werd ze in een door mannen gedomineerde muziekindustrie de eerste frontvrouw van een rockgroep, die zelf een instrument speelde (de onafscheidelijke basgitaar), die de leadzang voor haar rekening nam en eigen songs schreef en die ook nog eens internationale hits werden. Suzi Quatro werd een glamrock-icoon en het voorbeeld voor een generatie rockvrouwen, waarvan niet in het minst Joan Jett.

Live spelen zit er in deze coronatijden al geruime tijd niet in. En laat dat nu net Suzi’s lust en leven zijn. Vrije tijd genoeg dus tijdens de lockdown. Dan maar de tering naar de nering zetten en er het beste van maken, moet ze gedacht hebben toen ze samen met haar zoon Richard besloot om 'The Devil In Me' te maken.

Titelnummer en eerste single The Devil In Me trapt de plaat alvast in stijl af met een gemene gitaar en een stevig catchy refrein. Dit is vintage Suzi Quatro. Probeer hier maar eens stil op te blijven zitten. De eeuwige tweespalt tussen goed en slecht, engel versus duivel, heilig boontje of zondaar,… het blijft hét universele thema in de rock-'n-roll.

Dezelfde smerige gitaar neemt je mee in Hey Queenie, waar ook een seventiesblueslick in rondwaart die je zo op het slechte pad zou brengen. In Betty Who? gaan diezelfde gitaar en een stomende piano in duel, maar de winnaar is tot op heden niet gekend: we gaan voor een gelijkspel.

You Can't Dream It mag het openingskwartet rocksongs afsluiten. En zo wordt de voet gaandeweg wat van het gaspedaal gehaald. Want het moge duidelijk zijn: Suzi is niet enkel een rockchick.

Over My Heart And Soul willen wij u in december van dit jaar terug contacteren. De ondertitel (I Need You Home For Christmas) is natuurlijk een beetje een weggever. Niet dat het een slecht nummer zou zijn, maar misschien zijn we tegen het einde van het jaar wel in de sfeer voor een soulvolle kerstballade met seventiesinvloeden. Barry White en de sensuele harmonieën van Love Unlimited zijn nooit ver weg, wat helemaal geen slecht teken is, integendeel.

De honingpot met kerstglitters wordt op Get Outta Jail van tafel geveegd en de gitaren krijgen weer een centrale plaats. Daarbovenop wordt er een stevige scheut gospel in het nummer binnengesmokkeld: “Oh Lord life ain’t easy / chained up in this cell”, je hoort de kettingen van de chaingang kletteren.

Dat het ook wat luchtiger kan en mag, blijkt uit Do Ya Dance, een catchy popnummertje, want het moet niet altijd zwaar op de hand zijn. Dat wordt het onmiddellijk opnieuw in Isolation Blues waar je jezelf in een donkere club waant, je verdriet verdrinkend in een rondje geestesrijke versnaperingen.

En zo gaat de verscheidenheid aan stijlen maar door: I Sold My Soul Today is vintage seventies Suzi Quatro, Love's Gone Bad en In The Dark halen het tempo weer naar beneden en verrassen met heerlijke saxofoon-interventies om nadien in stijl af te sluiten met Motor City Riders, vettige rock-’n-roll die aansluit bij de Suzi Quatro-sound van de debuutplaat.

Suzi zelf vindt ‘The Devil In Mede beste plaat die ze al gemaakt heeft. Het coronavirus doet soms rare dingen met een mens. Toch kan deze plaat wedijveren voor een ereplaatsje in het rijke Suzi Quatro-oeuvre. Elk nummer op zich laat je een stukje Suzi anno 2021 kennen, in een verscheidenheid om u tegen te zeggenHet wordt stilaan tijd om de maskers af te gooien en dit podiumbeest terug op pad te sturen, naar de podia, waar ze thuishoort.

23 maart 2021
Patrick Van den Troost