Sunn O))) - Life Metal
Southern Lord
In 1984 braakte het Zwitserse Hellhammer de ep 'Apocalyptic Raids' uit. Wat klonk dat ongelooflijk zwaar en traag! Alsof de oude Black Sabbath in achteruit schakelde. Tot we beseften dat we die 'plaat' op drieëndertig toeren afspeelden in plaats van de voorziene vijfenveertig. Onbewust beleefden we even de bron van inspiratie van oprichter Tom G. Warrior: hij speelde - bewust dan wel - de debuutsingle van Venom (In League With Satan) ook op vijfenveertig toeren af.
Wat heeft dit nu allemaal met 'Life Metal' te maken? Op zich niets eigenlijk, behalve dat we ons afvragen hoe de vier nummers, afgespeeld op vijfenveertig toeren, zouden klinken. Als je het hebt getest, laat gerust weten hoe het is meegevallen.
Sunn O))) - lees: "Sun" - is, samen met Earth, een groep die zowat de duurste albums aflevert en de duurste concerten speelt. Toch als je de prijs afweegt tegen het aantal gespeelde noten. Je bent ervoor of je kan er niets mee. Zelf hangen we daar ergens tussen: actief beluisteren lukt niet, maar als we in de tuin liggen te zonnen, dan kunnen we intens genieten van deze dronemetal. De langgerekte, repetitieve tonen brengen een soort rust over ons; een rust die op geen enkel moment verstoord wordt door een tempowissel, een instrument dat er plots uitspringt noch een zanger die zich de longen uit het lijf schreeuwt. Noem het gerust een soort van trance. Ocharme de buren.
Maar wat te vertellen over de nummers op 'Life Metal'? Zeker is dat oprichters Greg Anderson en Stephen O'Malley er opnieuw in geslaagd zijn - en dat ondertussen al twintig jaar lang - het gezegde 'Less is more' uit te dragen. In de intro van Between Sleipnir's Breath horen we Odins achtbenige hengst hinniken naast een prachtige vocale laag van Hildur Guðnadóttir. Op Troubled Air horen we een pijporgel, een compositie van de hand van Anthony Pateras. Verder - en dat in elke song - enkel de loodzware, ultratrage en laaggestemde riffs met hier en daar wat Moogaccenten (ingespeeld door T.O.S.) erover.
Op het afsluitende, meer dan vijfentwintig minuten durende Novae mag Guðnadóttir nog eens schitteren; als celliste en op haar mysterieuze "haldrophone" deze keer. Het nummer lijkt wel opgedeeld in twee stukken, waarbij de zachte, lichte tweede helft wel een immens lange outro lijkt.
'Life Metal' resulteert in een auditief spel tussen duisternis en licht. Het album heeft bijna iets religieus, mythisch of meditatiefs. Dat laatste element zal worden uitgespeeld op 'Pyroclasts', dat parallel, en ook met Steve Albini, werd opgenomen. Verschijningsdatum: ergens dit najaar.
Deze recensie verscheen ook op Brothers In Raw.