Rolling Blackouts Coastal Fever - Sideways To New Italy
Sub Pop Records
Het Australische Rolling Blackouts Coastal Fever (RBCF) is bijna twee jaar na het lovend ontvangen debuut terug met een opvolger. Het geluid is daarbij grotendeels hetzelfde gebleven: zomerse indierock om bij weg te dromen.
De band specialiseert zich in dezelfde janglepop waar hedendaagse collega’s als Alvvays of oudere veteranen als The Feelies en The Go-Betweens zo goed in zijn/waren: rammelende gitaarlijntjes, gecombineerd met relatief relaxte zanglijnen. Perfect voor op een heldere festivalweide. (God, wat hopen wij dat het coronavirus voor de volgende zomer oprot.)
Het album begint sterk met The Second Of The First, meteen een hoogtepuntje. Nerveuze gitaren drijven de song aan en er passeert zowaar een spoken word-fragment halverwege het nummer. Ook She’s There, Falling Thunder, en vooral Cars In Space tonen aan dat Rolling Blackouts Coastal Fever in staat is goede, dynamische songs te schrijven. Geen geringe prestatie met drie gitaristen in de groep die elk eigen nummers aandragen en vechten om sonische ruimte.
De manier waarop de drie elkaar bestoken met kleine riffjes en licks is een essentieel onderdeel van het geluid van de band, samen met de galmende effecten die de riffs doordrenken. Het betekent dat RBCF kan terugvallen op een herkenbaar geluid, maar wel één waar je voor moet zijn, met een ritmesectie die vooral op de achtergrond opereert.
Persoonlijk storen wij ons af en toe aan de drukte in de meeste nummers en ook het gebrek aan variatie speelt de plaat soms parten. De band telt dan wel drie sterke gitaristen, maar meer dan ok is de zang niet. Wij begrijpen nog steeds niet helemaal waarom RBCF in de vakpers af en toe tot de redders van de rock-’n-roll wordt uitgeroepen. Het is oerdegelijke muziek, maar echt spannend wordt het nooit.
Voor een groep die geregeld als “catchy” omschreven wordt, kunnen wij na meerdere luisterbeurten ook maar relatief weinig nummers meeneuriën. Wanneer de band op de tweede helft van de plaat het tempo laat zakken, daalt het niveau ook enigszins. Sunglasses At The Wedding, The Cool Change en Cameo zijn niet slecht, maar waren wellicht beter af geweest met een meer evenwichtige tracklist.
Aan de andere kant bespeuren wij echter ook nergens een nummer dat we willen overslaan. Solid as fuck dus. Tekstueel en muzikaal is het album een eerbetoon aan bakermat Australië en ook op dat vlak zijn de jongens geslaagd in het opzet. De muziek geeft ons zin om een enkel ticket naar down under te boeken om te surfen op het strand. Geslaagde tweede plaat, but saviors of rock they ain’t.