Ozark Henry - Stay Gold

EMI

Een dikke maand geleden was hij er, de nieuwe single van Ozark Henry. I’m Your Sacrifice leek een opvallend licht en poppy liedje. Een duet ook, want naast die kenmerkende stem hoorden we ook een ons onbekende vrouwenstem. Het bleek om Amarylis Uitterlinden te gaan en ze zou een grote rol gaan spelen op Piet Goddaers zevende: ‘Stay Gold’.

Stay Gold



Tussen het lossen van de eerste single en de release van de volledige plaat liet Piet Goddaer via Twitter optekenen dat ‘Stay Gold’ zonder twijfel zijn beste en meest bijzondere plaat tot nu zou worden en omdat ook wij niet ongevoelig zijn voor goed uitgekiende marketingtechnieken werden ook wij nu wel heel nieuwsgierig naar die nieuwe Ozark Henry.

Aan signalen dat ‘Stay Gold’ wel eens bijzonder kon worden geen gebrek dus. En toen kwam de teleurstelling. Deze plaat is niet te vatten in één luisterbeurt. Maar ook na vijf keer en zelfs meer dan tien keer werden we er niet warm van. Wat ‘Stay Gold’ mist zijn nummers, herkenningspunten.

Ozark Henry is de man die Sweet Instigator de belpopgeschiedenis inzong, die wist te ontroeren met nummers als Weekenders en Free Haven, uitstekende popsingles maakte als These Days en At Sea en met Rescue, Vespertine en Word Up experimenteerde binnen zijn eigen universum. De sterkte van Ozark Henry is altijd al geweest dat hij een universum voor zichzelf wist te creëren en dat hij dat kon doen binnen het bestek van de popsong. Met ‘Stay Gold’ lijkt dat tijdperk definitief voorbij.

I’m Your Sacrifice is met voorsprong het meest toegankelijke nummer op de plaat en de waarde van Amarylis Uitterlinden wordt hier ook meteen duidelijk, want Goddaer en Uitterlinden gaan hier in dialoog net zoals pakweg PJ Harvey en Thom Yorke of in een verder verleden Sharif Dean en Eveline D'Haese (in de sleper Do You Love Me? uit de jaren zeventig). Dat werkt ook nog in We Are Incurable Romantics, wellicht het mooiste liedje op de hele plaat. In nummers als If You Leave is ons de reden van haar aanwezigheid minder duidelijk.

Het spijtige aan We Are Incurable Romantics is dat het liedje na het ideale einde nog twee overbodige minuten doorgaat. Hetzelfde merken we bij opener Deep: eigenlijk na drie minuten afgelopen, maar er worden nog eens drie minuten aangekleefd. Ook Stay Gold Ponyboy Stay Gold duurt ruim zeven minuten, maar er had makkelijk anderhalve minuut intro afgekund.

Wij hebben niets tegen lange nummers en houden van experiment en vernieuwing in muziek, maar bij ‘Stay Gold’ krijgen we het gevoel dat Ozark Henry wilde experimenteren om te verhullen dat hij leeggeschreven is. Om de aandacht af te leiden van het feit dat het toch al even geleden is dat hij nog eens een nummer heeft geschreven dat echt omarmd werd door zijn publiek. Om even te vergeten dat hij tegenover twaalf jaar geleden toen ‘Birthmarks’ uitkwam aan relevantie heeft moeten inboeten.

Verder missen we variatie op ‘Stay Gold’: If You Leave, Deep en It Was A Queer Sulty Summer (waar Amaryllis bijna drie minuten solo haar ding mag doen en dat goed doet) zijn duidelijk op dezelfde manier in elkaar gestoken en wanneer je plaat maar tien nummers telt met daarvan nog twee instrumentals, dan is dat net iets te veel van het goede.

Maar het is niet allemaal kommer en kwel: nadat If You Leave ons in slaap heeft gewiegd worden we weer gewekt door het uptempo Plaudite Amici, Comedia Finita Est (applaudiseert vrienden, de komedie is voorbij) en ook I’m Your Sacrifice en We Are Uncurable Romantics zijn best te doen, maar wij vinden uiteindelijk ‘Stay Gold’ de zwakste Ozark Henry tot nu toe.

Wij hebben Ozark Henry altijd een warm hart toegedragen, we hebben al zijn platen in de kast staan en zijn hem al meermaals live gaan bekijken, maar ‘Stay Gold’ lijkt ons een misser. Mocht binnen tien jaar blijken dat wij het bij het verkeerde eind hadden dan zullen we alsnog onze verontschuldigingen aanbieden. Maar we maken ons sterk dat dat niet nodig zal zijn.

Wij hopen dat dit experiment live wel zal overtuigen, Ozark Henry passeert op 23 mei in de AB en op 28 mei in de Gentse Vooruit.

28 april 2013
Geert Verheyen