Omni - Networker

Sub Pop Records

Networker

Helaas, helaas, helaas, driewerf helaas. De derde worp van de postpunkers uit Georgia stelt teleur.

We dachten het al toen we de band recent live op Sonic City 2019 bezig zagen: wíllen die mannen hier eigenlijk wel staan? "It’s still early. Let’s save our energy", zei frontman Philip Frobos toen tegen het publiek, terwijl gitarist Frankie Broyles naast hem stond te knikkebollen. Nee toch. Als je postpunk maakt moet je durven snijden en scheuren, slaan en zalven en jezelf smijten godverdomme. Het genre is zo minimalistisch dat je anders met een zoutloze brij achterblijft.

Dat is grosso modo het probleem waar ‘Networker’ onder lijdt. Inwisselbare slaapverwekkende songs die nergens heen gaan en waar we eerlijk gezegd de aandacht niet bij kunnen houden. We snappen gitarist Broyles dan ook ergens wel. Mochten wij in Omni spelen, we zouden ook wegdromen naar betere tijden. De man was vroeger lid van indie-vaandeldragers Deerhunter en is dus wellicht nog niet van die degradatie bekomen.

Alle nummers op ‘Networker’ volgen ongeveer hetzelfde stramien. Broyles speelt staccato akkoordprogressies, terwijl Frobos zich op de achtergrond parlando-gewijs een weg doorheen de nummers lult. Telkens wanneer een nummer ergens lijkt heen te gaan, stopt de beat zodat Broyles een inwisselbaar riffje uit de mouw kan schudden. Ook drummer Billy Mitchell lijkt niet goed te weten wat hij met de nummers moet aanvangen en houdt het bij een minimum aan inspanning.

U heeft een punt als u zegt dat Omni ergens ook wel klinkt als indierockers Parquet Courts. En die mannen zijn ook slackers. Ja, maar Parquet Courts heeft meer energie in de kleine teen dan Omni. Energetisch lui zijn, het is een kunst die niet iedereen beheerst. (Een succesvol slacker-postpunkalbum zou wel een interessante primeur geweest zijn.) Omni voegt op dit album een paar eighties-elementen toe aan de Gang of Four- en Wire-riffs, en misschien was de opzet weldegelijk een relaxte laatavondplaat te maken, maar we zullen het nooit weten.

Zijn er dan geen pluspunten aan het album? Natuurlijk wel. Met maar amper tweeëndertig minuten is ‘Networker’ een korte zit. En het hoesje doet uitstekend dienst als bierviltje. Maar we doen een geste, vooraleer u ons van slechte wil beschuldigt: Underage laten we in de muziekbibliotheek, terwijl we de rest deleten. ‘Networker’ is uiteindelijk een beetje zoals patatten zonder zout. Je kan het wel eten, maar echt smaken doet het niet.

1 december 2019
Max De Boeck