Moritz Von Oswald - Silencio

Tresor

Silencio

Het muzikale verhaal van het Berlijns avantgarde enfant terrible Moritz Von Oswald kent geen grenzen. Als producer en percussionist slaat hij steevast een brug tussen analoge ritmes en progressieve techno – de nieuwe plaat ‘Silencio’ is uitgekomen op het befaamde Tresor-label - en hij werkte ook al samen met legenden als Carl Craig en Juan Atkins. Maar daar stopt het verhaal niet. Met het Moritz Von Oswald Trio nam hij ondermeer ook de Finse ambientmeester Vladislav Delay en Afrobeatlegende Tony Allen onder de arm.

Maar nu gaat de Berliner met eigenwijze vindsels dus weer een andere richting uit. ‘Silencio’ is een verhaal van balanceren tussen stilte en noise. Van niets versus van alles. Van harmonie versus dissnonanten. Van mens binnenin de machine: stemmen die doorheen oscillators vervormen en in hoge voltages door luidsprekers gejaagd worden. Met als bron natuurlijk zijn gigantische studio met analoge materialen en aan de andere kant het zestienkoppig koor Vocalconsort Berlin.

En van dat koor blijft meestal geen spaander heel, tenzij wat open noten en keelklanken her en der. Dat kunnen we je nu al wel verklappen. (De door elkaar lopende, dissonant klinkende tonaliteiten van een tochtig Luminoso even achterwege gelaten.) Wat je wel krijgt, zijn zeven soundscapes van uit de diepte opwellende tonen, intrigerende achtergrondklanken en bizarre accenten. Meestal zonder enige ritmische vorm, maar wel in een eigen, geloopte sequentie die in het geval van de titeltrack soms een eigen, bevreemdend verhaal vertelt dat wel twaalf minuten durft te duren.

Experimenteel? Reken maar. Gewaagd? Op zijn minst. Moritz Von Oswald richt zich op deze release tot een publiek dat houdt van krautrock of Berliner Schuhle-dingen. Van vintage synthesizergeluiden en de ritmische eigenwijsheid van sequencermachines. Of liefhebbers van neoklassieke muziek in de meest avantgardistische vorm. Of een mengelmoes van beiden, moesten die mensen bestaan. En we hoeven jullie vast niet te verklappen dat dit soms alles behalve “stil” gebeurt.

Moest je Moritz al een beetje kennen, weet je trouwens dat hij liever kiest voor de E van “experiment” dan die van “esthetisch verantwoord”. En dat is op deze bizarre plaat ook zo. Het is moeilijk om een echte lijn te trekken tussen de zeven tracks. (onze voorkeur gaat naar de industriële ruisnoise met dubby effecten van Librarsi). Maar moest die er al zijn, dan verstoort de producer die nog eens met vier extra “versies” of herwerkingen van herwerkingen, meestal met iets meer melodie, diepgang en echo-effecten. Wat de teller op elf intrigerende tracks brengt.

Of elf keer op een vorm van melodieuze chaos. Het is natuurlijk maar welk verhaaltje je er zelf aan wilt ophangen. Voor ons is dit wel net een experimenteel brugje te ver.

10 november 2023
Johan Giglot