Meg Baird - Furling

V2

Furling

Het voordeel van twintig jaar bezig te zijn is dat je ondertussen gewoon je zin kan doen.

Nu ja, een grote hit, een pensioensong zeg maar, heeft Meg Baird nooit gescoord in die twee decennia, ook niet met de band Espers die ze oprichtte in 2002 of de supergroep Heron Oblivion waarin ze zong en drums speelde. En eigenlijk heeft ze altijd haar zin gedaan, alsof ze zich verheven voelde boven de drang naar commercieel succes.

Haar solocarrière begon ze met ‘Dear Companion’ in 2009, een plaat met vooral herinterpretaties van bekende folksongs, maar gaandeweg ontvouwde ze zich als fijne songschrijver en vond ze een eigen stem. Dat is zeker het geval op ‘Furling’, een album dat peutert aan de randjes van herinneringen, jarenoude dagdromen en stiekeme gesprekken onder de sterren.

En terwijl ze vroeger wel eens beroep deed op vrienden uit de weirdfolkscene of de undergroundscène van Philadelphia (Chris Forsyth, Steve Gunn, Mary Lattimore), speelde ze ditmaal bijna alles zelf in samen met partner Charlie Saufley (die ook al deel uitmaakte van Heron Oblivion). Het resultaat is een even gevarieerde als warme en intiem klinkende plaat.

En ze durft, want de plaat opent met het zes minuten lange instrumentale Ashes, Ashes. Het is het soort nummers dat je eerder verwacht aan het eind van een album dan aan het begin. Maar het is wel gepast, want het is een nummer dat ook zonder tekst overeind blijft en je rustig tot jezelf brengt en in een open mindset om de rest van de plaat te beluisteren.

De overige nummers dienen zich aan met piano (vooral prominent in Wreathing Days) of gitaar. Ze gebruikt mellotron, orgel, synths en hier en daar een vleugje vibrafoon. En uiteraard drumt ze ook weer, meer zelfs, dat drumwerk zit meer vooraan dan voorheen en ook al wordt het nog altijd niet gekenmerkt door gejaagdheid of tomeloze energie, toch is het een zachte motor voor liedjes als Unnamed Drives, de heerlijke jazzy opener en het hoogtepunt van de plaat: Will You Follow Me Home.

Verder zijn het vooral goede productievondsten die de plaat sieren. Zo zingt ze in Twelve Saints slim met zichzelf in harmonie, wat een verbluffend effect creëert. In Star Hill Song stapelt ze dan weer drie verschillende gitaarpartijen boven op elkaar. Het is een wonder hoe het akoestische getokkel, de country-achtige leadgitaar en de warme Spaanse gitaar elkaar vinden als drie vrienden aan een nachtelijke bar die samen herinneringen ophalen.

De zangeres nadert stilaan de vijftig. Er is dus al heel wat om op terug te kijken. En zoals de laatste woorden van Cross Bay verklappen: "Early one evening, call out my name / And you'll see it's not the same any more.” Dat klopt, maar of het slechter is geworden, is nog maar de vraag. Baird levert wat ons betreft alleszins haar beste werk ooit af.

4 februari 2023
Marc Alenus