Mad Caddies - Punk Rocksteady
Fat Wreck Records
Punk en reggae, ze blijven op één of andere manier elkaar omarmen. Te noteren vanaf Londense skinheads in de jaren ’70 Jamaicaanse “rudeboys” verheerlijkten en hun skamuziek overnamen. Als het aan bands als Mad Caddies mag liggen, gaat die liefde eeuwig blijven voortduren. De zevende studioplaat van dit septet, 'Punk Rocksteady', bevat immers een dozijn punkrocknummers die in een verrassend zacht en melodieus reggaejasje gestoken werden.
Dat deze zogenaamde Third Wave skaband uit Californië niet vuil is van wat genreverbreding, was al langer duidelijk. Op dit album wordt het vat “reggae” tot op de bodem geledigd. Want wat te denken van dub, roots, dancehall, rocksteady of zelfs onversneden lovers rock? Mad Caddies neemt het allemaal netjes op zijn boterham en stapt daarmee soms erg ver af van zijn status als punkrockband.
Fat Wreck labelbaas Fat Mike schotelde dit gezelschap twaalf van zijn lievelingspunksongs voor om er de nodige rood-geel-groen saus over te gieten. En in het merendeel van de gevallen is die makeover fenomenaal gelukt. Meer nog, opener en klassieker Sorrow van Bad Religion klinkt in zijn zomerse rootsreggaejasje zo overtuigend en oprecht, dat het nummer op deze manier wel in zijn originele versie lijkt te staan.
Laten we even beginnen met wat namedropping, beste skatepunkfan. Want elk eerbetoon aan de veel te vroeg heen gegane lieve loebas Tony “No Use For A Name” Sly raakt ons nog steeds los in het hart. En bands Lagwagon of NOFX, Descendents en SNUFF laten dat hartje ook nog altijd sneller slaan. Oldskool lover? Dan krijg je zelfs een stukje Misfits of Operation Ivy (pré Rancid) cadeau.
Nog beter is echter af te stappen van die namen en de muziek voor zichzelf te laten spreken. En dan kom je uit op een gevarieerde, hedendaagse reggaeplaat. Eentje waarin dancehall dub met The Streets-achtige raps (Poison Ivy's Sleep Long) naast flamboyante ballroom surfreggae (Misfits Some Kinda Hate) mag staan. Maar ook een album waar sobere, akoestische songwriterreggae een plek kent en de sierlijke, open zanglijnen van Tony Sly’s AM zich mooi laten verrijken door een Caraïbisch slaggitaartje. Eentje waarop tegelijkertijd de richesse van vurige trompetjes, een weemoedige sax of warm vibrerende hammond voor subtiele, maar ook nodige versterking zorgen. Slechts twee keer dachten we “zo kan ik het ook”. Zowel Lagwagon als NOFX moeten de eenvoud van een reggaemotiefje over een eenvoudig nummer slikken. Niet meer of minder. Grappig genoeg hebben de Mad Caddies daarmee Fat Mike himself (tevens NOFX frontman nvdr.) in de hoek gezet. Allicht onbedoeld.