King Tuff - The Other

Sub Pop Records

The Other

De vijfde plaat alweer voor King Tuff, Ty Segall-discipel en lid van zijn oerband The Muggers. Met een zomerse Gandalf-hoed en zonnebril op de hoes, klaar voor de zomer en het bijbehorende leven van een bon vivant. Dat leven maakt komaf met het ranzige garagerockrandje uit het verleden en zoekt het gezapiger bestaan van een poptroubadour op. Of is dat maar schijn?

Dat Kyle Thomas aka King Tuff het leven in een rommelige garage met bijbehorende men’s only-feestjes en piss off-attitude vaarwel zegt, zat er al langer aan te komen. Het leven van drinken en vrouwen versieren heeft plaatsgemaakt voor een confrontatie met de dood en een leven van maatschappelijke en technologische afhankelijkheid. Weg puberharen.

‘The Other’ is dan ook een opvallend nuchtere plaat. Zomers, sfeervol, met frivole accenten van onder meer harmonica of subtiele elektronische laagjes. Nooit echt gedwongen of extravert, al probeert een meer rockend Raindrop Blue een luidruchtiger brug naar het verleden te maken. Maar noteer vooral meer zang dan gitaar, meer ballade dan rock. En daardoor kan er al eens een funky groove (Psycho Star) of zowaar een zoete, dromerig filosoferende vocale man-vrouw romance met Jenny Lewis (Thru The Cracks) tussen sluipen.

Die zuurstof doet dit album duidelijk deugd. Het 43 minuten en 43 seconden durende ‘The Other’ houdt naar goede King Tuff-gewoonte vast aan een blijvende aanwezigheid van psychedelische accenten (soms zelfs een regelrechte knipoog naar de 60’s) en een nuchtere, charmerende zang. Vier jaar heeft de man nodig gehad om zijn transformatie te vervolmaken. Het songwriterschap gaat hem in elk geval goed af. De extra klemtoon die daardoor gelegd wordt op de fijn beschrijvende, licht cynische teksten is mooi meegenomen.

24 juli 2018
Johan Giglot