King Buffalo - Acheron
Stickman Records
Het ziet ernaar uit dat ze het gestelde doel - drie platen uitbrengen in 2021 - dan toch niet meer zullen halen. De derde van de trilogie is voorzien voor 2022. Kan ons geen barst schelen. Zo lang ze maar verdergaan op het elan van de twee voorgangers. Als u verwachtte meer van hetzelfde als in 'The Burden Of Restlessness' te krijgen, bent u eraan voor de moeite. Maar geen nood, King Buffalo heeft ook hiermee een fantastische plaat gemaakt. Helemaal anders, maar toch ook een beetje hetzelfde.
Dat die plaat effectief anders klinkt, zal waarschijnlijk ook met de opname-omstandigheden te maken hebben. 'Acheron' werd namelijk opgenomen in een grot. Jawel, een grot! Je hoort op bepaalde momenten zelfs het stroompje dat door de grot loopt. En dat vloeiende hoor je ook in de muziek. Ze is effectief minder hoekig, stroomt rechtlijniger, zonder de punch te verliezen. Want het beekje durft al wel eens uit de oevers te treden. Hoewel de term beekje de songs op 'Acheron' niet meteen de nodige eer aandoet. Want er staan dan misschien maar vier songs op deze plaat, de kortste is wel negenenhalve minuut lang, zodat je in totaal de veertig minuten haalt.
Of de plaats waar werd opgenomen ook effectief heeft gezorgd voor het gevoel van de plaat, is onduidelijk, maar zeker niet ondenkbaar. Er wordt veel meer ingetogen gemusiceerd. Alle songs nemen een rustige, ingetogen aanvang, zullen hier en daar wel scheuren vertonen in het aanzicht van de schijnbaar slapende vulkaan, maar echt uitbarsten doet het hier nergens. O jawel, dit is nog altijd King Buffalo. Met de bijhorende solo's en stonerriffs, maar het is minder hoekig, minder wispelturig dan op de voorganger.
Net omdat de songs zo lang zijn, nemen ze ook meer tijd om te geraken waar de band naartoe wil. Het geeft de liedjes een soort van overpeinzend, slepend gevoel mee, dat dus uiteraard een heel andere dynamiek geeft dan op de voorganger. Je blijft dan met de vraag zitten of al die songs – van zowel deze als de vorige plaat – samen geschreven werden en dan geordend naargelang het gevoel dan wel als twee aparte gehelen werden samengesteld. En nog: wat gaat dit geven voor de derde plaat, waar we nu nog meer nieuwsgierig naar zijn?
Pas na drie minuten zacht opbouwende aanloop in opener en titelsong Acheron, genoemd naar een rivier in de onderwereld in de Griekse mythologie, worden de distortion-pedalen opengedraaid om dan weer terug te keren binnen de oevers. Dat schema herhaalt zich daarna, al blijft de stroom daarna verder kolken, wordt er een synthlijn onder gestopt (iets wat ook in Shadows doet denken aan 'Moving Pictures' van Rush). Het geheel heeft een bijna hypnotiserend effect, waardoor de duur van de song nergens een probleem is. Hoewel het principe van de vier songs min of meer hetzelfde is als hierboven aangehaald, zit er ook duidelijk de nodige afwisseling in. In Zephyr wordt bijvoorbeeld wel gesoleerd en de riff van Cerberus is onstopbaar.
Mythologie lijkt wel een vaste waarde op deze plaat. Er is namelijk nog Zephyr, de wind, waarvan de naam ook al ontleend werd aan de Griekse godenwereld, net als bij Cerberus trouwens. Als je dan nog weet dat de bandnaam werd afgeleid van Afrikaanse mythes, kan je er helemaal niet meer omheen.
Tweemaal scoren op een rij. Je moet het maar doen. Nu nog de kers op de taart dan?