Karibow - Holophinium

Progressive Promotion Records

Als een eerder onbekend project van een eerder onbekende Duitser op tournee mag met de Canadese progveteranen van Saga, dan moet er iets aan de hand zijn. Dat Saga-zanger Michael Sadler een track heeft ingezongen op ‘Holophinium’ helpt uiteraard de zaak van Karibow een eind weg. Zeker als je weet dat Saga in Duitsland nog steeds eindeloos populair is.

Holophinium



Ofschoon Karibow zich als een (vooral live) band presenteert, steunen de songwriting en uitvoering op ‘Holophinium’ hoofdzakelijk op multi-instrumentalist Olivier Rüsing. En ook al heeft de Duitser ruim twintig albums op zijn actief, de meeste zijn in een gelimiteerde oplage verschenen – wat zijn relatieve onbekendheid verklaart. Bovendien balanceert Karibow op de cesuur tussen gesofisticeerde pop en progrock. Als er één ijkpunt is, dan wel Saga.

Progpuristen zullen huiveren bij de melodische rock met symfonische omlijsting, maar ‘Holophinium’ is wel donders goed gemaakt. Voor een studioproject klinken zelfs de drums overtuigend – misschien omdat Rüsing van oorsprong drummer is. Als zanger past Rüsing beter in de AOR-traditie, en net daarom is veel zorg besteed aan de zanglijnen. Al even zangerig klinken de leadgitaren. Een gouden greep, want je moet de luisteraar van dit dubbelalbum wel anderhalf uur behagen.

Bovendien is er voldoende variatie. De eerste schijf ‘Fragments’ is song-georiënteerd met uptempo refreinen volgens het boekje, maar de progressieve fan zal epischer songs verkiezen als E.G.O., Quantum Leap (met een wervelende solo van Southern Empire-toetsenist Sean Timms) en het door Sadler passioneel ingezongen River. Het is deze mix van expansieve prog en een onmiskenbare popsensibiliteit waardoor niemand de kamer uitloopt.

Het tweede luik (‘Letter From The White Room’) klinkt spacey, en de songs vormen een suite van zesendertig minuten. Colin Tench (Corvus Stone) speelt gitaarversieringen op Part Of The Century. De "White Room" slaat op de brug tussen het lanceerplatform en de shuttle, waar de astronauten afscheid nemen voor ze de ruimte ingeschoten worden. Rüsing filosofeert over de gedachten die een ruimtevaarder op zo’n intens moment bezighouden.  

Maar uiteindelijk is het de muziek die ons over de streep trekt. Het filmische geluidsbeeld doet de diverse lagen glansrijk en gepolijst door de speakers knallen. Productioneel doet ‘Holophinium’ aan Toto denken. Niks geen scherpe hoeken of weerhaakjes; Karibow beweegt zich aan het andere eind van het progressieve spectrum. Voor wie zijn progrock met wat zoetigheid wenst, is dit de ideale plaat.

15 juni 2016
Christoph Lintermans