Kadril - Jolie flamande

Wild Boar Music

Jolie flamande

Men neme een bende doorwinterde muzikanten, een jonge, straffe zangeres en nummers van hier en elders. Ziedaar het beproefde recept van Kadril dat nog steeds werkt.

Kadril is al vijfenveertig jaar bezig en ‘Jolie flamande’ is de veertiende plaat van de folkrockers, die in het verleden al in zee gingen met zangeressen Eva De Roovere, Mariken Boussemaere, Szilvia Bognár, Heather Grabham, Karla Verlie en een hele vlucht schonen uit Galicië (op 'La Paloma Negra’). Dat leverde telkens goede tot straffe platen op die een terechte plaats in het Vlaamse canon zou rechtvaardigen.

Dat zou ook mooi zijn, want als Kadril één ding aantoonde, is het dat er niet zoiets is als Vlaamse folk. De muziek werd beïnvloed langs alle kanten, zoals het al eeuwen gaat. Ook op ‘Jolie Flamande’, waarop de band opnieuw een nieuwe zangeres introduceert: Kimberley Claeys (Little Kim And The Alley Apple 3, Guido Belcanto).

De band haalt geregeld de mosterd in Galicië (of ruimer Asturië) zoals in opener Paloma Dorada, El Cura Pstá Malo, het instrumentale Cantiga en het onstuimige, instrumentale Marcha De Brañes & Muñeira D’Anton, waarin de pandeireta’s de boel ophitsen. Het titelnummer van de plaat is dan weer een Frans nummer dat folkies tot in Canada kennen.

Opvallend is dat de band terug rockt zoals ze oorspronkelijk deed. Zit de terugkeer van gitarist Dirk Verhegge daar voor iets tussen? Hoe dan ook, de combinatie van folk en rock doet het nog altijd. Luister maar eens naar het centrale Haerlem dat een tekst uit de zeventiende eeuw combineert met samenzang en een rocksolo op gitaar.

Soms zijn de teksten nog ouder. Bottekalagi komt uit het veertiendeëeuwse Brugse Gruuthuse-handschrift en verhaalt over een geestelijke die het niet zo nauw neemt met de gelofte van kuisheid. Mousse De Biscaye is ongeveer even oud en vertelt in het Baskisch en het Vlaams over het ondeugend liefdesspel van twee jonge mensen. “Fort baiser à bouche close et la main sur le tetin”, zullen we wellicht niet moeten vertalen.

Mieke En De Sergeant, een nummer uit het Iepers Oud-Liedboek van Blyau-Tasseel (1902), blinkt daarbij zo jong als een vers geplukte, glanzende appel, al klinkt het ouder door het koor van zware mannenstemmen en het feit dat het getuigt over de ondeugd van de Spaanse overheersers die tussen 1556 en 1715 hier gelegerd waren.

De rest van de plaat werd door de mannen van Kadril zelf geschreven, op Tijl na, dat van de hand is van wijlen Wannes Van de Velde, die in de jaren tachtig ook al eens Mieke En De Sergeant op plaat zette. Helaas zorgt dat niet meteen voor de hoogtepunten van de plaat. Afsluiter Oud Brood Met Jonge Kaas mag dan wel perfect de band beschrijven en live wellicht uitmonden in wilde zeemanstaferelen, toch behoort het niet tot onze favorieten.

Toch kunnen we zeggen dat deze plaat, opgedragen aan Harlind Libbrecht, de mede-oprichter van de band, die in 2018 werd getroffen door een hersenbloeding, een waardig eerbetoon is en een zoveelste bewijs dat deze vogels zich nooit in een muite zullen laten opsluiten.

12 januari 2023
Marc Alenus