John Grant - Pale Green Ghosts

Bella Union

We bekennen: sinds zijn doortocht op Dranouter in 2011 zijn we onvoorwaardelijk fan van deze homoseksuele – met  HIV besmette – viking. Het was dan ook met groot genoegen dat we eind vorig jaar kennis maakten met Pale Green Ghosts, de magistrale openingssingle en titeltrack van het tweede John Grant-album.

Pale Green Ghosts



Aanvankelijk zou Grant ook deze plaat opnemen met zijn vrienden van Midlake, maar het lot bracht hem in IJsland en hij bleef er plakken. Dat leverde een album op dat soms koud klinkt als voetstappen door berijmd gras op een vorstige ochtend en dan weer heet als een geiser.

Door de samenwerking met Midlake klonk zijn debuut ‘Queen Of Denmark’ eerder folky met seventiesinvloeden, ook al bespeelde hij ook daarop een Moog, maar voor deze plaat werkte hij samen met Biggi Veira van GusGus (een IJslandse technoband) en dat resulteerde in een grotere rol voor de elektronica.

Naast Veira, drukt ook Sinéad O’Connor haar stempel mee op het album. O’Connor was net als wij danig onder de indruk van Grants debuut en coverde The Queen of Denmark. De twee werden vrienden en nu mag O’Connor meezingen op vier van de elf songs.

Een van die vier songs is de tweede single GMF  dat net als I Hate This Town in het verlengde ligt van de klank op het solodebuut van Grant, maar eerst moet je voorbij Black Belt dat vooral steunt op synthesizerklanken die rechtstreeks uit de eighties lijken op te borrelen.

In zijn teksten heeft Grant het andermaal over zijn eigen zielenroerselen: zijn geaardheid, HIV, schuld en schaamte, maar ondanks de zwaarmoedige thema’s houdt Grant het toch leefbaar door middel van (gitzwarte) humor. Iets wat hij ook op zijn debuut al deed.

Geen enkel nummer duurt minder dan vier minuten, maar Grant arrangeert zijn nummers dan ook met vintage synthesizers en klassieke instrumenten zoals strijkers en blazers en nu dus ook de achtergrondstem van Sinéad O’Connor en weet zo te blijven boeien.

Een heel opvallende track is Sensitive New Age Guy waarin Grant wel heel diep in de elektronica duikt, zelfs zijn stem vervormt en zowaar een dansnummer aflevert. Ook in Ernest Borgnine – vernoemd naar de bekende acteur - wordt de mooie bariton van Grant door de vocoder gehaald en krijgt de sax, een typische eightiesinstrument, de hoofdrol.

‘Pale Green Ghosts’ is wederom een instant klassieker waarop Grant niet lui teruggrijpt naar de succesformule van zijn solodebuut, maar risico’s durft te nemen en daar wat ons betreft helemaal mee wegkomt.

12 maart 2013
Marc Alenus