Ioana Iorgu - Thick Skin
Eigen beheer
Als je een album uitbrengt op dezelfde dag als je thesis moet klaar zijn, speel je een interessant psychologisch spel met jezelf. En dat is exact wat deze jonge Nederlandse doet. En dat allemaal om dikker vel te kweken.
Ioana Iorgu stelden we al aan je voor bij de release van single Ritalin, maar de psychologe in spe heeft wel al meer op het actief. In 2019 verscheen het album ‘Silent Scream’ van deze selfmade gitariste en drumster na eerder twee ep’s te hebben uitgebracht. Maar anno 2021 kan je de sound helemaal niet meer vergelijken met die eerste drie platen.
De omslag kwam er vorig jaar met Letters en Suffocate, twee nummers waarin de jonge artieste plots het postpunkpad insloeg. De gitaar klonk ineens vettig als de smurrie in de Groningse stegen na een nachtje Eurosonic en het drumwerk klonk niet meer aarzelend, maar recht voor de raap. Wellicht een gevolg van het natuurlijk groeiproces dat deze veelbelovende artieste doormaakte.
Beetje jammer dat beide nummers niet terug te vinden zijn op dit tweede album, want ze zouden er zeker niet misstaan. Ook op ‘Thick Skin’ durft de gitaar een hoge vlucht te nemen en niet vies te zijn van een paar dissonante klanken. De drums klinken gortdroog zoals dat bij genres als postpunk en shoegaze hoort en met onderkoelde stem brengt Iorgu de poëtische teksten, zowel zingend als gebruik makend van spoken word.
Ondertussen heeft ze in Joris Boersma een drummer gevonden, maar op deze plaat speelde ze nog gewoon alles zelf in. ‘Thick Skin’ is dan ook een erg persoonlijke plaat geworden waarop Iorgu verbroken toxische relaties fileert, de bitterheid om de huidige gang van zaken in de maatschappij etaleert en aan zelfreflectie doet. Dat allemaal onder erg effectief beukwerk van zowel gitaar als drums.
Maar niet alle nummers spreiden dezelfde ziedende energie tentoon als pakweg A.M. (Another Me), Ritalin en Empty Hands. Het album besluit met twee bevreemdende, tragere tracks. Sand And Mud lijkt wel iets van Dry Cleaning met een gesproken tekst op Anne Clark-achtige wijze en afsluiter Bad Dream is een reus op lemen voeten, een slowcorenummer in de echte zin van het woord met een repetitieve gitaarlijn en koortsig gefluisterde zang. Maar ook hier weet Iorgu de spanning op te wekken die haar sound zo kenmerkt.
Met slechts zes echte songs – het instrumentale Wine duurt maar een dikke minuut – is er maar één manco aan deze plaat: ze is veel te kort. Daarom ook was het beter geweest om de twee singles van vorig jaar erop te zetten, maar de artieste zal wel redenen hebben om dat niet te doen. Wat er ook van zij, Ioana Iorgu heeft duidelijk haar geluid gevonden en het is misschien goed dat we na deze plaat op onze honger blijven zitten. We kijken nu al uit naar een vervolg.