Ian Sweet - Crush Crusher

Hardly Art Records

Crush Crusher

Ian Sweet kennen we nog als IAN, het soloproject van zangeres Jilian Medford (van wiens voornaam de bandnaam dus werd afgeleid). Haar vorige plaat ‘Shapeshifter’ werd een bandproject, maar ook al werd de bandnaam behouden voor deze plaat, toch bleef de eigenzinnige artieste uit Boston weer bijna alleen over.

In ‘Shapeshifter’ kwamen jazz (bassist Damien Scalise), punk (drummer Tim Cheney) en het grillige van Medford zelf samen in het eigenzinnige, verrassende geluid dat de som der delen oversteeg, maar een breuk met drummer en partner Tim Cheney zorgde ervoor dat Medford op deze opvolger met de niet mis te verstane titel terug de eigen boontjes moest doppen.

Of toch niet helemaal. In tijden van nood kent men zijn vrienden en in het geval van Medford zijn dat Max Almario (drummer bij Celestial Shore) en bassist Simon Hanes van Guerilla Toss. Zij hielden Medfords rug en nummers recht en dat was nodig, zoals blijkt uit de donkere, persoonlijke teksten op ‘Crush Crusher’.

Zoek niet naar catchy singlemateriaal tussen deze tien doorwrochte, persoonlijke, op muziek gezette zielenroerselen. Akkoord, Medford lanceerde achtereenvolgens het openingsnummer Hiding en dan de twee volgende tracks van de plaat via de gekende streamingdiensten, maar je zal haar nergens tegenkomen in de charts. Daarvoor is de soms dissonante mix van shoegaze, emotionele dreampop en psych-rock te eigenzinnig.

Voor haar fans is dat niets nieuws. De sound van Ian Sweet is nog altijd herkenbaar, ook al schiet haar stem dit keer niet zo vaak onverwacht alle kanten uit en houdt ze het dit keer meer bij zuchten en steunen. Niet dat haar demonen en angsten allemaal overwonnen zijn. Ze moest vaststellen dat ze onvermogend is om haar gevoelens en leven te delen met een ander en kan niet geloven dat iemand haar ook maar een beetje graag ziet.

Toch probeert ze een uitweg te vinden: weg van besluiteloosheid, weg van haar angsten. Soms trekt ze daarvoor een harnas aan, zoals in Holographic Jesus, maar evengoed erkent ze gewoon haar gevoelens en slaagt ze er zelfs in die te aanvaarden. De toestand is chaotisch, maar niet hopeloos, dat blijkt uit een paar willekeurig gekozen tekstflarden.

“I don’t know if this is what I want”, kreunt ze in Falling Fruit en in Bug Museum zingt ze: “Wish I'd be a better man / But I'm too scared of getting bit / By what bites harder than I can”, maar in het titelnummer klinkt ze toch hoopvol: “I wish we could spend our days / Pushing it away / Lighting things on fire / Making me sing.” En soms is ze gewoon grappig: “I saw two dogs kissing the other day / Now I know what love is / It's getting a tongue in your face.”

De lach van Ian Sweet is dan misschien wel wrang, het is er wel één.

13 maart 2019
Marc Alenus