Don Letts - Outta Sync

V2

Outta Sync

Je zal maar samengewerkt hebben met The Clash of Bob Marley, een eigen radioshow op BBC6 hebben, een Grammy op je schouw hebben staan of een doctoraatstudie op zak over je unieke culturele bijdrage aan reggaemuziek. En dan ook nog eens zesenzestig lentes fris zijn om af te komen met een allereerste debuutplaat. Welkom in de wereld van Don Letts, de Britse rasta die je misschien ook nog wel kent van postpunk reggaebands Big Audio Dynamite of Basement 5. En die trouwens twee jaar geleden ook al van zich liet horen via een prachtige, zwoele verzamelplaat in de befaamde ‘Late Night Tales’-reeks.

Maar nu dus ‘Outta Sync’: een allegaartje van popmuziek, hiphop, breaks, sampled dance en reggae. Mede vormgegeven door experimenteel enfant terrible en producer Gaudi. Een plaat met een dozijn songs die netjes volgens de strakke regeltjes van rootsreggae live werden ingespeeld, maar nadien doorheen honderden knoppen, sporen en vervormers werden omgetoverd tot een erg beweeglijk digitaal schouwspel.

Let op, Don Letts overdondert niet. Hij intrigeert meer. Met sinister fluisterende frasen van legendarisch acteur John Cusack en een soort van militaristische drumrafels in een verder erg bewolkt en wauwelend The Universe Knows What You’ve Done. Of in heuse Madness-skachants versus Caribbean style vol echo, galm en digiblazers in Touch (extra “aangeraakt” door Gaudi).

Verwacht je heel deze plaat lang aan liedjes met een harmonieuze zang, een tropische rootstouch en vele moderne accentjes, maar ook aan songs die te veel rommelen om echt vast te houden aan een duidelijke melodieuze rode draad of thematiek. Die voortdurend van de hak op de tak wippen en bulken van de ideeën of geluiden. Wat maakt dat je ‘Outta Sync’ kan blijven ontdekken en heruitvinden. Maar ook dat er bijster weinig van blijft hangen.

Don Letts noemt zichzelf ook een veelzijdig en duaal persoon: iemand van zowel pop als punk, met zowel dreadlocks als kostuums, van zowel de vinylgeneratie als de digitale studio's. En hij beweert dit alles tot een eigen vorm van kunst verheven te hebben. Een eclectische kunstvorm, die tot ontwikkeling kwam tijdens de Coronalockdown, op aansporing van Killing Joke-bassist Youth. En als we dan nog meer namedroppen: op het gastenlijstje van dit album vind je ook Terry Hall (The Specials) terug, Wayne Coyne (Flaming Lips) en Hollie Cook, dochter van Sex Pistol drummer Paul Cook.

Songs, die wij echter vooral onthouden in plaats van die waslijst namen, is de sensuele calypsotrack Civilization, waarop Dons dochter Honor Letts de vocale honneurs waarneemt onder begeleiding van een heerlijke hobbelbeat en oosters sitarspel. Of de heerlijk murmelende opener met de stemsamples, droge spoken word-passages (“livin’in my style”) en warme blazertjes waarmee Don Letts zichzelf ver(ant)woordt.

Maar echt beklijven doet de Don niet deze keer. En dat is zonde. Want de man heeft wel enkele legendarische films en documentaires gemaakt ('WestWay To The World' kreeg zelfs een Grammy), liet zich als goed acteur zien in Superstonic Sound: The Rebel Dread en is als multicultureel dj “punky Don”, een bekende naam op BBC Radio. En hij zet ook regelmatig de befaamde Roxy club op stelten met “punky reggae parties” of heeft al tal van remixen, het Basement 5- en Big Audio Dynamite-verleden en een bijdrage bij Dreadzone op het cv. En dan verwacht je gewoonweg meer dan een weinig overtuigende, maar wel leuke zapplaat.

17 oktober 2023
Johan Giglot