Delerium - Signs

Metropolis Records

Signs

Het is toch alweer een jaartje of dertig geleden dat Delerium ofte Bill Leeb en Rhys Fulber (Front Line Assembly) de overstap maakten van duistere elektronische wave en industrial naar iets meer etherisch zwevende, neoromantische poptrance. Met als hoogtepunt natuurlijk het overheerlijk epische Silence met de downtempo tegenbeat en de etherisch verheven zang van Sarah McLachlan. Die weg bleek zo’n succesverhaal, dat de twee Duitse producers de formule enigszins blijven herkauwen met remixplaten of sound-alikes waarin stompende beats, hippe tunes, zweverige scapes en sexy sirenezang van gastvrouwen centraal staan. En in dat verhaal zitten we inmiddels toch weer een plaat of zes verder.

U voelde onze haat-liefde-relatie al in bovenstaande introductie? Leeb en Fulber zijn levende legenden en geniale producers. Ze hebben op hun eigen een brug gebouwd tussen new age-achtige ambient en stevige future trance en daarmee beide genres een stevige “push forward” gegeven. Ze kunnen met muziek en softe pianomelodieën paaien en aaien op een manier waar ze in Ibiza stikjaloers van worden. Luister even naar het instrumentale The Astronomer op deze plaat en je weet wat we bedoelen.

En of ze op ‘Signs’ weer weten hoe ze een geestverruimende muzikale hypnose kunnen creëren. Met downtempo beats en golvende synthesizerpulsen, waardoor een digitale sirenezang kronkelt en fonkeltoetsen neerdwarrelen (Rain). Zoiets. Waar golven van synthesizers en echo worden voortgestuwd door zwevende stemmen van supermodellen of hoge vocale gasten als Mimi Page, Inna Walter of Phildel. In een Hollywood-wereld van sensualiteit, lust en liefde. (“Heaven was built and supported for two / And someday soon I will be following you.”)

Toch stelt Delerium zich ook weer enigszins nederig op. Want die hoogtechnologische composities gaan nergens echt overdrijven – nog zo’n kwaliteit van Leeb & Fulber. Hobbelende scapes en digitale lagen glijden netjes in elkaar over en vooral bezwerende melodieën voeren de boventoon. Je vraagt je af waar ze die na een song of honderd nog uit tevoorschijn blijven toveren. En ja, je moet het al eens vaker stellen met galm en echo als metafoor voor volledige lichamelijke overgave aan de muziek. Maar met een constante van tracks rond de vijf minuten blijf je toch telkens ook netjes met beide voeten op de grond. Weliswaar met een brede glimlach op het gezicht.

Helaas zal de band daar geen potten meer mee breken. Hoe je het ook draait of keert: de golf is al over het hoogtepunt heen. We konden niet één moment vinden dat deze plaat ons verraste. Wel werden we gecharmeerd. Zoals door het fraaie Streetcar (“named desire”) met Inna Walters of het daaropvolgende Glimmer met Emily Haines van Metric, dat eerst op het obscure ‘B Sides And Rarities’ zijn weg volgt, maar hier door de heren zelf nog een keertje door de mangelmolen gedraaid wordt. Daardoor klinkt het nummer trouwens een stuk meer nuchter en ontwapenend dan die eerste versie van zeven jaar geleden.

Meer van hetzelfde is in dit geval dus een serieus goede zaak. Voor de fans dan. Of voor eenieder die per ongeluk over het bovenvernoemde The Astronomer struikelt. Wat ons betreft toch een mooi hoogtepunt op deze ‘Signs’. We zouden het bijna een sacraal moment durven noemen. En die gaan we sowieso nooit uit de weg.

31 maart 2023
Johan Giglot